Strijdverloop Irak: dag 12
Een overzicht van de gevechtshandelingen op de twaalfde dag van de oorlog in Irak.
Bagdad en Midden-Irak
Amerikaanse troepen zijn hun „eerste serieuze gevecht” met de Republikeinse Garde begonnen bij de stad Karbela. Eerder op de dag namen bommenwerpers van de coalitietroepen stellingen van de Republikeinse Garde aan de randen van Bagdad onder vuur.
Uit het zuiden van de hoofdstad werden twee zware explosies gemeld. Correspondenten meldden dat Bagdad inmiddels nagenoeg de hele tijd onder vuur ligt.
Amerikaanse mariniers hebben met helikopters voorraden ingevlogen voor de duizenden soldaten die ten zuiden van al-Kut liggen. Deze soldaten verdedigen de troepen die naar Bagdad oprukken.
West-Irak
Generaal Brooks van het Centrale Commando in Qatar zei dat speciale eenheden van de Amerikanen de westelijke woestijn van Irak beheersen. Volgens hem verhinderen de eenheden „op een uiterst effectieve manier” dat de vijand zich kan voortbewegen. De beide vliegvelden H2 en H3 -waarvandaan Irak mogelijk Scud-raketten zou hebben willen afvuren op Israël- zijn in handen van de geallieerden.
Zuid-Irak
De stad Najaf is vrijwel geheel omsingeld door Amerikaanse troepen en wordt aan twee kanten binnengevallen. De VS hebben gezegd dat ze ongeveer honderd leden van Iraakse terreureskaders hebben gedood tijdens gevechten bij Najaf en Samawa.
In de buurt van Nasiriya ontdekten de Amerikanen naar eigen zeggen een wapenopslagplaats, verdeeld over veertig gebouwen.
Amerikaanse mariniers hebben met precisiebommen een aanval uitgevoerd op de plaats Shatra, nabij Nasiriya, in een poging om de Iraakse bevelhebber Ali Hassan al-Majid te pakken te krijgen. De neef van Saddam, alias ”Ali Chemicali” zou zich hier met hoge Iraakse functionarissen ophouden.
Er zouden nog eens 5000 soldaten en speciale troepen naar Nasiriya worden gestuurd om de stad -waar nog steeds sporadisch wordt gevochten- in te nemen.
Britse troepen rukken steeds verder op in de richting van Basra. De BBC meldde dat mariniers een groot offensief zijn begonnen in de voorstad Abu al-Khasib. Talrijke Iraakse T-55-tanks zouden zijn verwoest.
De Britse minister van Buitenlandse Zaken zei in het Lagerhuis dat de geallieerden de „effectieve controle” over het zuiden en westen van het land uitoefenen en ongeveer 8000 Irakezen in krijgsgevangenschap houden. Verder zijn er volgens hem nog geen Iraakse kopstukken overgelopen sinds het begin van de oorlog.
Noord-Irak
Iraakse militairen en strijders van stammen hebben in het noorden van Irak in de buurt van de stad Mosul Amerikaanse parachutisten bestookt, aldus de Arabische nieuwszender Al-Jazeera. B-52-bommenwerpers bestookten op hun beurt Iraakse posities in de buurt van Mosul.
Eerder maandag namen Amerikaanse militairen en Koerdische troepen een kamp in dat waarschijnlijk is gebruikt door leden van de terroristische organisatie al-Qaida. Het kamp, dat in het grensgebied met Iran ligt, is volgens de Amerikanen eerst dagenlang bestookt.
Zo’n veertig Iraakse soldaten zijn overgelopen van regeringsgebied naar het Koerdische gedeelte van Noord-Irak.
Rond de 300.000 mensen in Noord-Irak zijn volgens de Verenigde Naties hun huizen ontvlucht. De inwoners van steden als Kirkuk, Irbil, Dahuk en Sulaymaniyah zouden beschutting zoeken in de bergen.