Druk in de zomer
Deze zomer gaat het gebeuren. Als we tenminste de commentaren in de media in het Midden-Oosten moeten geloven. Een nieuwe oorlog tussen Israël en Hezbollah staat op het punt van uitbreken. Zeker nu de Libanese strijders klaarblijkelijk de beschikking over langeafstandsraketten hebben gekregen.
Israël vocht veel van zijn oorlogen in de zomer uit. Geen wonder, analyseerden Arabische media dezer dagen. De Joden willen graag heldere luchten, zodat hun luchtmacht ongestoord zijn gang kan gaan en de tanks van de Israëlische landmacht vaste grond onder de rupsbanden hebben.En dus zou de komende maanden opnieuw de vlam in de pan moeten slaan. Alsof Israël zich in andere jaargetijden niet tegen bedreigingen van buitenaf zou kunnen verweren. De laatste oorlog –tegen Hamas in de Gazastrook– werd nota bene midden in de winter uitgevochten.
Dat er sprake van een reële bedreiging is, staat overigens buiten kijf. Hezbollah heeft zijn wapenarsenaal tot ongekende proporties uitgebreid. Ondanks de zware verliezen die de sjiitische beweging in 2006 tijdens de tweede Libanonoorlog leed, heeft ze haar voorraad oorlogstuig weer volledig aangevuld – met dank aan Syrië en Iran. Vooral de nieuwste generatie raketten, die dichtbevolkte steden als Tel Aviv kunnen bereiken, bezorgt de Israëlische legerleiding de nodige hoofdbrekens.
Die dreiging zou volgens Arabische en linkse Israëlische media echter niet de werkelijke reden zijn dat Israël op een militaire confrontatie met Hezbollah –en wellicht ook met aartsrivaal Syrië– aanstuurt. De Israëlische strijdkrachten zouden nog altijd revanche willen nemen voor de vermeende nederlaag die zij in de Libanonoorlog van 2006 leden. En premier Benyamin Netanyahu zou de geschiedenis willen ingaan als een staatsman die een oorlog heeft gewonnen.
Zijn voorganger, Ehud Olmert, zou –volgens diezelfde bronnen– vorig jaar zijn opgestapt omdat hij de oorlog tegen Hezbollah in 2006 en de Gazaoorlog niet heeft gewonnen.
Het is maar hoe je het bekijkt. De bekende militair strateeg Von Clausewitz omschrijft het winnen van een oorlog als „het breken van de wil van de tegenstander.”
Dat de wil van fundamentalistische bewegingen als Hamas en Hezbollah ooit kan worden gebroken, lijkt een illusie. Daarvoor zijn de islamistische indoctrinatie en de haat tegen Israël te diep geworteld.
Vooralsnog heeft noch Hamas, noch Hezbollah echter blijk gegeven van het voornemen om Israël aan te vallen. Dat heeft Olmert dan toch in elk geval voor elkaar gekregen.
Dat is tegelijkertijd waarschijnlijk ook het hoogst haalbare in de realiteit van het Midden-Oosten. De wil om Israël van de kaart te vegen is minder makkelijk te bestrijden dan het vermogen om dat voornemen daadwerkelijk ten uitvoer te brengen.
Aan dat laatste heeft Israël trouwens sinds de oprichting van de Joodse staat de handen vol. En het ziet er niet naar uit dat het Israëlische leger het de komende tijd minder druk gaat krijgen. Die drukte zal zich echter zeker niet tot deze zomer beperken. En ook niet tot de zomers daarna.