Ter tafel lag het rapport van de deputaten Landelijk Kerkelijk Bureau. Ouderling R. Procee uit Enschede zei enerzijds verheugd te zijn dat na vele strubbelingen het Landelijk Bureau breed een plaats gekregen heeft in de kerken. Maar zowel hij als onder anderen ds. J. van Amstel uit Ede tekende bezwaar aan tegen de explosieve kostenstijging van het bureau. Daar gaat jaarlijks ruim 1,75 miljoen gulden om. „Maar er was juist besloten dat de dienstverlening efficiënter moest. Wat komt er nu terug van die efficiency?” vroeg men. „Als je efficiënt werkt, moet je toch met minder mensen méér kunnen doen?”

Website
Ds. J. W. Schoonderwoerd uit Maassluis vond dat de website van de kerken, die in Veenendaal onderhouden wordt, beter geüpdatet moet worden. Hij toonde het achterlopen aan de hand van voorbeelden aan. Voor ouderling P. de Jong mag de website wel dicht, mede om kosten te sparen. Namens de commissie en de deputaten werd gemeld dat kostenreductie inderdaad nodig is en dat de website inderdaad bijgehouden moet worden, hoewel ook dat geld kost.

Het voorstel om de website te sluiten haalde slechts enkele voorstemmers. De poging om de kosten van het bureau te beperken ondervond weerstand van de zijde van deputaten. Deze meldden dat zij zich dan in een vreemd parket zouden gaan bevinden, omdat de opdracht juist is om breed diensten aan te bieden. „Dat kan eigenlijk niet als u de randvoorwaarden van de financiën meegeeft.” Het voorstel haalde het niet.

De synode sprak gisteren ook over een nieuwe regeling voor het geval een predikant langdurig ziek is. De particuliere synode van het noorden stelde een nieuwe regeling voor. Het voorstel luidt dat over langdurig ziekzijn gesproken wordt als men langer dan zes maanden ziek is. Dan moet een kerkenraad zich tot de classis wenden voor bijstand.

Ouderling D. Koole merkte op dat steeds meer predikanten niet zozeer lichamelijk als wel psychisch langdurig ziek zijn. Hij constateerde, „het kerkelijk leven overziende”, dat veel kerkenraden incompetent handelen en dat dit tot problemen leidt. Hij stelde voor tot nadere doordenken in de formulering te komen. De synodevoorzitter ging daarin niet mee.

Deputaten onderlinge bijstand en advies moeten nu aan kleinere gemeenten financiële steun verlenen voor extra kosten ten gevolge van een langdurig zieke predikant, besloot de synode.

Bijstand
Indirect verbonden aan deze problematiek was de behandeling van het rapport van de deputaten onderlinge bijstand en advies. Deze deputaten wilden onder andere een uitbreiding van hun taakstelling om meer te kunnen doen dan steun verlenen aan kerkbouw en predikantsplaatsen. Maar er komen steeds meer vragen om andere hulp, bijvoorbeeld van kleine gemeenten die zichzelf niet geheel kunnen bedruipen. Daarvoor worden rond de elf gemeenten concreet genoemd in het rapport.

Het gaat allemaal om een volgens de deputaten in ontwikkeling zijnde verandering, waarbij steeds meer pastorale, diaconale en gemeenteopbouwwerkers naast predikanten aangesteld worden. Aanstelling van kerkelijk werkers kan volgens deputaten tot een besparing op andere uitgaven leiden.

De synodecommissie gaf de synodeleden bij monde van rapporteur A. J. van der Wekken het advies de bijlage waarin om uitbreiding van de taakstelling van deputaten werd gevraagd, af te wijzen. Dit tot teleurstelling van deputaten. Zij vonden angst voor wildgroei niet nodig en wilden juist dat de zogeheten instructie ter verruiming van hun taakstelling zou worden overgenomen.

Verder speelde het feit dat het niet alleen gaat om financiële hulp bij probleemgevallen maar ook om andere hulp. Het moderamen rekende voor dat wel tien gemeenten met problemen voor hulp in aanmerking zouden komen.

Preses ds. J. Plantinga stelde voor dat deputaten en commissie na het gehoorde in de synode zich opnieuw bezinnen en nog tijdens deze synode met een helder voorstel komen.