Dr. Steenblok
Drs. P. Rouwendal stelt dat ds. G. H. Kersten voorzichtig optrad ten aanzien van ds. Kok en dr. Steenblok (RD 4-5).
Hiermee onderschrijft hij hetgeen ds. M. Golverdingen stelt in zijn doctoraalscriptie ”Om het behoud van een kerk”. In deze scriptie wordt ds. Kersten getekend als een bemiddelaar.Wie het proefschrift van dr. P. H. van Harten ”De prediking van Ebenezer en Ralph Erskine” leest, krijgt wat anders voorgeschoteld. Ds. Kersten wordt hier getekend als een man die onder de beheersing is gekomen van Steenblok.
Ds. Kersten gaf in 1931 Boston uit. Deze uitgave van Boston, ”Een beschouwing over het verbond van de genade”, heeft een wat merkwaardig voorwoord. Ds. Kersten lijkt Boston alleen te hebben uitgegeven om het feit dat Boston stelt dat alleen de uitverkorenen in het verbond van de genade horen. Met geen woord rept de predikant over de ruime bediening van het verbond welke Boston voorstaat. Als Boston dan de leesregel geworden is van de leeruitspraken van 1931, dan is de schorsing van Kok merkwaardig, die juist zo veel inzichten had in de ruime bediening van het genadeverbond.
En wat de bemiddeling van ds. Kersten betreft, moet gezegd worden dat hij wel ds. Kok tot de orde geroepen heeft via een brief, maar niet dr. Steenblok.
Hans Reinders
Prins Willemstraat 22
4414 BC Waarde
Dr. Steenblok (II)
Tegenwoordig is het vrij gebruikelijk om kinderen die afwijkend gedrag vertonen te onderzoeken. Er wordt dan soms een diagnose gesteld, zoals een vorm van autisme.
De laatste jaren horen we daar regelmatig van. Gedrag van mensen met een vorm van autisme is vrij gemakkelijk te onderkennen. Behoefte aan structuur, moeite met sociale vaardigheden, een obsessieve belangstelling voor bepaalde onderwerpen. In de krant (RD 4-5) wordt deze mogelijke diagnose, hoewel met alle voorzichtigheid en terughoudendheid, gesteld bij dr. C. Steenblok. De schijn is dat hij de kenmerken vertoonde van iemand met het syndroom van Asperger.
Over genoemde predikant en over de verwikkelingen binnen het kerkverband rond 1950 is al veel verschenen. Er is duidelijk nog steeds behoefte aan helderheid over hoe de zaken binnen het kerkverband verlopen zijn. Ik acht het echter ongepast om op deze manier publiciteit te geven aan een vermeende stoornis bij een predikant die reeds lang overleden is. Laat de discussie maar gaan over de leer waar dr. C. Steenblok voor stond. Deze verdenkingen schaden meer dan dat ze goeddoen. Dit roept weer een discussie op die geen goeddoet aan streven naar wederzijds begrip. Deze publicatie heeft opnieuw voor verontwaardiging en verdriet gezorgd bij velen die dr. Steenblok nog gekend hebben en de leer die hij bracht hoog hebben staan.
Immers, met alle gebrek heeft hij ook vele malen de volle raad Gods mogen verkondigen en voor hem heeft het ook gegolden: De leraars nu zullen blinken, als het glans des uitspansels, en die der velen rechtvaardigen, gelijk de sterren, altoos en eeuwiglijk (Dan. 12:3).
A. D. Anker
Zuid Spuidijk 5
3247 LN Dirksland