Canadezen geven voor nieuw Naberorgel
In 1945 schoten ze het orgel kapot. Nu, 65 jaar later, geven dezelfde Canadezen een gift voor het instrument dat het verloren gegane orgel in de hervormde kerk van Wilp moet vervangen.
Ze waren er vrijdag voor het laatst: een groep van zo’n 75 veteranen van het 48th Regiment Highlanders of Canada. Nog één keer vierden ze in de regio Voorst/Apeldoorn de bevrijding. Gistermiddag waren de oud-strijders én een groep studenten uit Ontario te gast in de eeuwenoude Lebuïnuskerk van Wilp.De veteranen komen hier graag, weet iemand die de mannen begeleidt. „De sterkste band hebben de veteranen met Wilp en Apeldoorn. Met Wilp, omdat hier een aantal van hun kameraden sneuvelde. En vanwege het warme onthaal dat ze hier altijd krijgen.”
Het Gelderse dorpje aan de IJssel was in april 1945 het toneel van de operatie Cannonshot, bedoeld om de Duitse eenheden op de Veluwe te verdrijven. Twee bataljons Canadezen die zich aan de overkant van de IJssel bij Gorssel bevonden, staken op woensdag 11 april de rivier over. Om de weg te banen, voerden de strijders vanaf de Gorsselse oever eerst een inleidende beschieting uit. Daarbij werd ook de eeuwenoude kerk van Wilp, die tegen de IJsseldijk staat, geraakt. Het Naberorgel uit 1849, dat aan de oostzijde van de kerk hing, kreeg een voltreffer.
De Canadezen wisten vervolgens een bruggenhoofd te vormen op de westelijke oever van de IJssel. Het werd het begin van de bevrijding van Apeldoorn.
De operatie ging echter gepaard met gevoelige verliezen voor de bevrijders. In en rond Wilp lieten negentien Highlanders het leven. Onder hen luitenant-kolonel Donald A. Mackenzie, 30 jaar oud. Aanvankelijk lagen de strijders in de buurt van Wilp in de dijk begraven. Later zijn hun lichamen overgebracht naar de Canadese begraafplaats te Holten. Een plaquette aan de kerkmuur van Wilp houdt de herinnering aan Mackenzie en zijn mannen levend.
Het orgel van C. F. A. Naber was intussen compleet verwoest. Kort na de oorlog, bij de restauratie van de kerk, werden de restanten verwijderd. Een modern orgel van Koch, dat in 1956 werd geplaatst, moest de Naber vervangen. Maar het instrument liet het al na een aantal jaren afweten. Een klein kabinetorgel doet sindsdien dienst.
Maar het verlangen naar een monumentaal orgel voor het monumentale gebouw bleef. Het liefst weer een van Naber, die immers in het nabijgelegen Deventer werkte.
Toen viel het oog van de kerk en de Stichting Monumentale Orgels Voorst (SMOV) op het instrument dat Naber in 1853 voor de evangelisch-lutherse kerk van zijn woonplaats maakte. Toen het kerkje in 1997 dichtging, werd het orgel ontmanteld en opgeslagen onder de toren van de Deventer Lebuïnuskerk.
De luthersen waren blij met de aanvraag vanuit Wilp: voor 1 euro mocht de kerk het orgel aankopen. Flentrop Orgelbouw bracht de onderdelen over naar Zaandam. Inmiddels is een start gemaakt met de opbouw in Wilp. De kas staat al opgesteld. De kosten van de overplaatsing zijn geraamd op 150.000.
En daar willen de Canadese veteranen aan meebetalen. Een van hen, wiens vader hier in 1945 vocht, stelt dat het een eer is hier in Wilp te zijn. „Ik was 5 toen mijn vader terugkeerde. Ik hoorde de verhalen over wat hij op deze plek deed. Nu mag ik hier zijn in het bijzijn van de kameraden van mijn vader”, zegt hij, doelend op de vier oude oud-strijders die er ook zijn en hier destijds vochten.
SMOV-voorzitter Christine Engel-Paulson neemt een envelop in ontvangst: 1250 euro. Ze brengt de dank van Wilp richting de Canadezen onder woorden: „Jullie kwamen destijds letterlijk over de brug. Jullie gaven ons onze vrijheid terug. Nu komen jullie voor de tweede keer over de brug, figuurlijk, met deze donatie.”
De predikant van gemeente, ds. K. G. W. Roffel, gebruikt een ander beeld. „Vroeger, vóór 1945, waren de ramen aan de oostzijde van deze kerk dicht; daar hing het oude Naberorgel voor. Jullie zorgden ervoor dat we bevrijd werden. Als gevolg daarvan kwam er aan de oostzijde glas in de ramen: licht. Nu wordt aan de westzijde van de kerk het nieuwe Naberorgel gerealiseerd. De muziek klinkt het licht tegemoet. Het licht van de vrijheid.”
Buiten, bij de gedenksteen voor Donald A. Mackenzie en de zijnen, spelen de cadetten van het 48th Regiment Highlanders op hun doedelzakken. De vier oude veteranen leggen nog één keer een krans. „Wij kunnen en mogen nooit vergeten welke hoge prijs onze vrijheid heeft gekost”, besluit burgemeester Penninx van Voorst.