5 mei: wel vrede, geen capitulatie
Voor velen is het overzichtelijk: in 1600 had je de Slag bij Nieuwpoort en op 5 mei 1945 de capitulatie in Hotel De Wereld. De werkelijkheid van Wageningen zit echter anders in elkaar.
Het is 5 mei 1945. De Duitse kolonel-generaal Johannes Blaskowitz kijkt op. Zijn adjudant legt hem een telegram voor met een bevel van geallieerde luitenant-generaal Charles Foulkes. De Canadees ontbiedt hem om 11.00 uur in Wageningen. De avond ervoor, 4 mei, was op de Lüneburger Heide de capitulatie van Duitsland in Noordwest-Europa afgekondigd. Foulkes wil daar nadere afspraken over maken. Wageningen was al vaker gebruikt voor besprekingen, bijvoorbeeld over de voedseltransporten.Blaskowitz besloot echter in zijn hoofdkwartier in Hilversum te blijven. Als kolonel-generaal was de domineeszoon een van de hoogste Duitse militairen. Qua rang paste hij beter bij de Britse veldmaarschalk Montgomery. Foulkes was luitenant-generaal. Moest iemand met vijf sterren nu verschijnen voor iemand met drie sterren?
Blaskowitz stuurde daarom zijn stafchef, luitenant-generaal Reichelt. Die had de afgelopen weken in Wageningen meer gesprekken met de geallieerden gevoerd.
Toch deed het Foulkes die zaterdagochtend „in woede ontsteken” dat Reichelt en niet Blaskowitz de gelagkamer van het gehavende hotel binnenkwam, aldus dr. L. de Jong in zijn werk over de oorlog.
Foulkes had immers een duidelijke reden om de Duitse opperbevelhebber zelf te ontbieden. Blaskowitz zou menen dat de capitulatie niet voor zijn troepen gold. Bovendien vond Foulkes de capitulatieovereenkomst veel te algemeen. Hij wilde Blaskowitz’ handtekening onder het gereedliggende formulier met afspraken, over ontwapening, ordehandhaving en voedselvoorziening.
Met Reichelt nam Foulkes alles door. Aan het eind verzocht Foulkes Blaskowitz diezelfde middag om 16.00 uur alsnog naar Wageningen te komen. Prins Bernhard –die zich liet rondrijden in de Mercedes van Seyss-Inquart– zou er ook weer zijn.
Blaskowitz staakte zijn verzet. Niet omdat hij een zwakkeling was. In 1939 was hij de enige Duitse hoge officier geweest die zich schriftelijk had verzet tegen de misdrijven in Polen. „Op de achtergrond speelde waarschijnlijk de angst dat hij in Russische krijgsgevangenschap zou belanden”, aldus historicus Coen Pepplinkhuizen.
Of hij de capitulatie erkende, vroeg Foulkes de opperbevelhebber. „Jawohl”, antwoordde deze, getuige een bandopname. Toch vroeg hij 24 uur bedenktijd. Hij moest schermutselingen tussen de Wehrmacht en de Binnenlandse Strijdkrachten voorkomen, en gezien de slechte verbindingen kon hij dat niet zo snel garanderen.
Foulkes vond dat prima. „Die had de buit binnen”, constateert Pepplinkhuizen. „De opgetrommelde fotografen hadden hun plaatjes gemaakt. Ze spraken af om zondag 6 mei ’s middags om 15.00 uur in Hilversum te tekenen.”
In Hotel De Wereld is dus helemaal niets getekend, constateren alle historici, inclusief dr. L. de Jong. Sterker, er was in Wageningen zelfs geen capitulatie. Pepplinkhuizen: „Het was de uitwerking van een capitulatie die al gesloten was.”
Toch deed Foulkes alles om het er te laten uitzien als een echte capitulatie. Pepplinkhuizen: „Foulkes wist dat hij de vijand militair niet kon verslaan. Daarom werkte hij in de onderhandelingen al langer op een Duitse overgave aan. De capitulatie op vrijdag doorkruiste dit echter. Toch wilde hij graag zijn „eigen capitulatie”, zoals prins Bernhard in 1948 toegaf. „Foulkes wilde chef-staf van het Canadese leger worden, wat hem ook is gelukt.””
Toch staat er onder het overgavedocument in het Wageningse museum dat het op 5 mei 1945 om „1630 hours” is getekend. „Men heeft daarop een zogenaamde antidatering toegepast”, meent Pepplinkhuizen.
Op de zondagochtend 6 mei ontdekte Foulkes dat hij niet naar Hilversum kon, en verzocht Blaskowitz opnieuw om 16.00 uur in Wageningen te zijn. Daar zijn die middag de documenten ondertekend. Historici verschillen van mening over de locatie: of dit in de aula van de Landbouwhogeschool is gebeurd, of iets eerder in een boerderij aan de Nude –de weg naar Rhenen– waar ook de gesprekken over voedselvoorziening plaatshadden.
Pepplinkhuizen denkt dat het aan de Nude was. „Foulkes hoorde die middag dat luitenant-generaal Simonds op zaterdag een soort capitulatie had bereikt. Dat maakte hem vastbesloten dat hij de afspraken getekend wilde hebben, met als datum 5 mei. Ik vermoed dat hij dat onmiddellijk aan de Nude heeft gedaan.”
Prins Bernhard zei in 1993 dat het hem „speet” dat Blaskowitz de overgave moest afwikkelen. „Ik vond Blaskowitz een fatsoenlijke vent, een antinazi.”
Na afloop vertelde generaal-majoor Kitching, de stafchef van Foulkes, de Duitsers over de vernietigingskampen. Reichelt zou geschokt hebben gereageerd. „Zulke verschrikkelijke dingen doen wij Duitsers niet.”
Kitching nodigde hen uit een officier mee te sturen met een fotograaf, die in de kampen foto’s zou nemen. Later ging hij de afdrukken bezorgen. „Blaskowitz keek ernaar”, vertelde Kitching later. „Toen legde hij het hoofd op zijn armen en weende. Zijn hele lichaam schokte. „Dat de Duitsers dit hebben gedaan”, stamelde hij ten slotte”, aldus Kitching.