Oorverdovend stil
Oorverdovend stil
Als melkveehouder in een (nog) weidevogelrijk gebied deel ik de bezorgdheid van Wybe Fraanje (RD 17-4). De aangedragen oplossingen (verhogen van het waterpeil en biologisch boeren) komen op mij alleen wat naïef over. Ook in de vele polders die vochtig genoeg zijn lopen de aantallen terug.
Het waterpeil omhoogbrengen maakt het bemesten in het voorjaar bijna onmogelijk. Over bagger kun je namelijk niet rijden, over bevroren grond mestrijden is verboden. En wat voor baat zou een weidevogel hebben bij biologisch boeren? Op ons bedrijf, in de polder Mastenbroek, broeden de laatste jaren ongeveer zestien paren grutto’s samen met andere weidevogels en diverse eendensoorten. Als de nesten worden beschermd tijdens maaien en beweiden, komen de meeste eieren nog wel uit. Tot in juni zijn er voedsel en schuilgelegenheid (lang gras) voldoende. Helaas: bijna vliegvlugge kuikens worden gepakt door buizerds. Ooievaars pikken jonge kieviten van het land alsof het borrelhapjes zijn. We krijgen vossen, kraaien, reigers enzovoorts op bezoek. „Predatie heeft een oorzaak”, zegt vogelkenner Willem Bil terecht. Dé oorzaak: dat er steeds méér predatoren komen. Als we weidevogels willen houden, moeten niet alleen boeren hun best doen, maar moeten predatoren ook intensiever bestreden worden.P. van Dalfsen
Korenbeltweg 15
8281 PT Genemuiden
Ds. Keller
In het nieuwe boek van dr. H. Reenders over gereformeerden in IJsselmuiden (”Kerk aan de overkant”) komt vanzelfsprekend ook het synodale ontslag van ds. J. Keller voor. De Waarheidsvriend en RD (12-4, rubriek Kerkhistorie) namen deze overbekende passage opnieuw over. Maar zo’n verhaal moet wel compleet zijn, en dat had het ook kunnen zijn, hoe je er ook verder tegen aankijkt. De ouderling die over zichzelf beweerde dat hij die predikant gehaald en heengezonden heeft, wekt zo de indruk dat het gezag bij één alleen lag. Was dat ook zo? Uit een boek van drs. M. A. van den Berg (”De dominee heeft een beroep”) blijkt dat ook een andere predikant zich verbaasd heeft over een autocratische manier van optreden: ds. Rappard van Bergambacht, die begin jaren 20 verslag deed van zijn ontmoeting met een hoorcommissie van drie man uit IJsselmuiden. Die logeerde van zaterdag tot maandag in de Bergambachtse pastorie, zonder het plan te hebben de plaatselijke predikant te beroepen. De eerste van de drie, die in de ogen van Rappard de beslissende stem leek te hebben, gaf er blijk van dat hij zelf het gemeentewerk deed. Er kan dunkt me geen twijfel over bestaan dat het steeds om dezelfde ouderling gaat, die machinist van het Grafhorster stoomgemaal was. Hij woonde op zondag altijd twee keer de dienst bij, doch zijn knecht kreeg op de rustdag geen gelegenheid voor kerkgang. Achteraf was het lot van ds. Keller misschien al beslist toen hij zijn ouderling daarop aansprak. De onderlinge verhouding bekoelde erdoor. De synodale commissie ging bij het ontslag alleen pragmatisch te werk. Ik herhaal mijn wens om ook eens te kijken naar de oorzaken.
Ds. H. Oussoren
Koraal 32
8271 KA IJsselmuiden