Muziek

Tulpen bij het graf van Klaas Bolt

Margarete was slechts korte tijd getrouwd met Klaas Bolt. Maar de her­inneringen gaan veel verder terug dan die laatste drie maanden. „Hij gaf me altijd complimentjes.”

Jan-Kees Karels
23 April 2010 15:38Gewijzigd op 14 November 2020 10:25

Haar moeder was organiste, haar vader predikant. Ze komt uit een gegoede Noord-Duitse familie van kerkbestuurders. Op de pedaaltoren van het Schnitgerorgel in Weener staat de naam van een verre voorzaat. Margarete Bartels (1939) groeide op als oudste van vier kinderen, in oorlogstijd. Vader verdronk in de rivier de Elbe, toen moeder zwanger was van het vierde kind.Margarete woont in het Noord-Duitse Leer. Ze zag Klaas Bolt voor het eerst veertien dagen voordat ze met de orgelbouwer Jürgen Ahrend uit Leer trouwde. Bolt nam in 1957 een nieuw orgel in gebruik in de gereformeerde kerk van Veldhausen. „Het orgel had een chamadetrompet, dat was iets nieuws in die tijd. Ik vond Klaas toen al heel aardig.”

Bolt was adviseur bij de restauratie van historische orgels. „Elke keer als hij de werkplaats binnenliep om naar orgels te kijken, kwam hij ook privé bij ons een kopje koffie drinken. Hij gaf mij altijd complimentjes, of stuurde een bosje bloemen als ik een kind had gekregen. Bolt was altijd een overtuigd vrijgezel, en een heel charmante man.”

In 1974 scheidde Margarete van Jürgen. „Het was een moeilijke tijd. Ik moest de vijf kinderen alleen opvoeden. Er was toen nog niets tussen Klaas en mij, dat zou nog een hele tijd duren. Ik ben een opleiding gaan volgen. Vanaf 1981 tot 1989 werkte ik als secretaresse in het katholieke ziekenhuis hier in Leer. Ook gaf ik blokfluitles. Klaas bleef al die tijd trouw komen. Ik ging met hem mee op orgel- en concert­reizen. We bezochten Engeland om de evensongs te horen. Klaas gaf seminars aan organisten in Zweden en Finland. Soms speelde ik de uitkomende stem van een psalm, als hij bijvoorbeeld drie partijen wilde spelen. Hij was nooit bang dat ik zijn concert zou verprutsen. Dat heb ik altijd gewaardeerd.”

Hoe religieus was Bolt? Margarete noemt hem „im guten Sinne fromm.” „Elk vers, elk zin die hij speelde had hij met aandacht gelezen. Soms keek hij mij aan tijdens het improviseren. Dan wist ik waarom hij een bepaalde toon speelde. Klaas was geen christen met een geloofsbelijdenis. Zijn interpretatie van de koralen en psalmen, dát was zijn geloofs­belijdenis. Maar hij was wel gelovig. Tegen zijn vriend ds. Kees Bijl heeft hij eens gezegd: God is mijn Vriend.”

Eind jaren tachtig werd Bolt ziek. Het bleek kanker. „Ik was bij zijn laatste reis naar Zweden en Finland, in 1989. Hij gebruikte toen al veel medicijnen. Komt u volgend jaar weer terug? vroeg men hem. Dan zei hij: We kijken wel even, belt u maar op. Maar hij wist dat het zijn laatste reis was. Hij zei echter tegen niemand dat hij zo ziek was.”

Margarete schakelt over op haar moedertaal Duits als ze over de huwelijksdag begint. Dat was 2 januari 1990. „In de huwelijksdienst, in de Nieuwe Kerk van Haarlem, speelde Klaas ”Bist du bei mir” van J. S. Bach. Dat deed hij voor mij. Ik vond dat zo bijzonder! Steeds als ik dit stuk weer hoor, krijg ik tranen in mijn ogen. Ook heeft hij op die dag schitterend geïmproviseerd over ”Vom Himmel hoch” in de St.-Bavokerk. Mensen die erbij waren, spreken daar nog steeds over.”

Het huwelijk was gericht op het verzorgen van Bolt tot zijn levenseinde, legt Margarete uit. „Samen met een goede vriendin heb ik hem tot het laatst in zijn huis in Haarlem verpleegd. Hij is op de dinsdag voor Pasen in zijn woonkamer gestorven. Op donderdag en Goede Vrijdag, toen Klaas in de Bavokerk lag opgebaard, maakte de Franse organiste Marie-Claire Alain er Bach­opnames. Zaterdag kreeg ik tijdens de begrafenisdienst de groeten van haar. Dat vond ik fantastisch. De Bavokerk was vol. Ik heb enorm veel condoleancekaarten gekregen. Die heb ik allemaal bewaard.”

Bolt ligt begraven op de particuliere begraafplaats Westerveld in Driehuis, bij Velsen. Twee keer per jaar gaat Margarete naar de voor haar geliefde grond. „Het is een mooie begraafplaats, ik voel me daar heel goed. Ik heb die plek uitgezocht met een collega-organist, vlak voordat Klaas stierf. Elk jaar leg ik in het najaar een grote krans van buxustakken bij zijn graf. Verder zorg ik ervoor dat er veel narcissen en tulpen staan, daar hield hij enorm van.”

Juist een paar weken geleden dook een briefje van Bolt op in het huis in Leer waar Margarete woonde, en dat nu van haar zoon is. Het is geschreven ergens in de jaren tachtig, toen Bolt geregeld bij Margarete logeerde. Hij groet haar hartelijk en bedankt voor het prettige verblijf.

Dit is deel 2 in een serie over weduwen van bekende organisten. Over twee weken deel 3.

<File v-if="article['files'] && article['files'][0]" :file="article['files'][0]" />

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer