Kerk & religie

Zorgvuldig

„En als hij het alles verteerd had, werd er een grote hongersnood in dat land, en hij begon gebrek te lijden.” Lukas 15:14

20 April 2010 07:33Gewijzigd op 14 November 2020 10:22

De zondaar zou graag iets voor zichzelf willen doen. Maar zijn behoud van Gods welbehagen te laten afhangen, van Wiens liefde en barmhartigheid hij nog nooit verzekerd is geweest, o, dat is zeer zwaar.Hier is het hart wonderlijk schuw en zorgvuldig. Het gaat hier gelijk Rabsaké zei tot het volk van Israël (Jesaja 36:7): „Zo gij tot mij zegt: Wij vertrouwen op den HEERE onzen God; is Hij Die niet, Wiens hoogten en Wiens altaren Hizkia weggenomen heeft?” Zo trachtte Rabsaké de harten van het volk af te trekken van op de Heere te vertrouwen. Zo schudt en verschrikt soms hier het besef van eigen onwaardigheid de zondaar en zegt: Hebt gij Hem vertoornd en verwacht gij enige hulp van Hem?

De rede van Rabsaké was vals. De ziel zegt het echter tegen zichzelf en dat met waarheid. Als een predikant iemand wil overreden om naar de hemel te gaan om barmhartigheid te krijgen, begint de ziel tot zichzelf te spreken: Is God niet tegen mij ontstoken geweest? Ach, met welk een aangezicht kan ik voor Hem verschijnen?

Thomas Hooker,predikant te Newton(New England)

(”De ware zielsvernedering”, 1678)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer