ChristenUnie nestelt zich tussen CDA en SGP
De ChristenUnie positioneert zich in het conceptverkiezingsprogramma op het gebied van de medische ethiek tussen CDA en SGP.
In 2006 koos de ChristenUnie een andere koers op het gebied van de medische ethiek. In het verkiezingsprogramma van destijds hamerde de partij niet langer op het afschaffen van wetten die abortus en euthanasie mogelijk maken, maar koos zij de weg van de geleidelijkheid, de weg van de kleine stapjes. Het niet doden van ongeboren leven in de moederschoot en bewust beëindigen van lijdend leven hield de partij wel als norm, maar vanwege de seculiere meerderheid richtte ze zich op kleine verbeteringen, onder meer door het aanbieden van alternatieven.In het conceptverkiezingsprogramma dat vanmiddag is gepresenteerd, zet de partij deze koers voort. Blijkbaar is de nieuwe benadering de partij goed bevallen. Met zoveel woorden staat dat ook in het verkiezingsprogramma ”Vooruitzien”. De partij vindt dat ze in de afgelopen kabinetsperiode veranderingen op gang heeft gebracht. Concreet worden de opvang voor tienermoeders en extra aandacht voor palliatieve zorg als voorbeelden genoemd. Wat er in de afgelopen jaren is bereikt, is wat de CU betreft „nog maar het begin.”
De ChristenUnie houdt vast aan de norm en het geloof „dat God de Schepper van het leven is en dat de mens zich daarom niet mag opstellen als beschikker, maar als ontvanger en behoeder van het leven.” De wetgeving op het terrein van abortus en euthanasie „druist in” tegen de beschermwaardigheid van het leven. De wetgeving die abortus en euthanasie legaliseerde is „een verkeerde weg.” De rechtsbescherming van het leven „moet hersteld worden.”
Tienpuntenplan
Maar een concrete eis om in de komende kabinetsperiode de abortus- en euthanasiewetgeving terug te draaien, staat niet in het programma. „De ChristenUnie zal voorstellen blijven doen voor beleid dat zich richt op de hulpbehoefte achter de vraag naar abortus of euthanasie. Alle inspanningen moeten erop gericht zijn te voorkomen dat mensen beëindiging van hun eigen of het ongeboren leven als enige uitweg uit een noodsituatie zien.”
Daarna volgt er een tienpuntenplan dat de partij ziet als „tien stappen in de goede richting.” De tien punten betreffen onder meer een betere hulpverlening bij ongewenste zwangerschap, een landelijk netwerk van opvanghuizen voor vrouwen die ongewenst zwanger zijn, aandacht voor de seksuele moraal en extra zorg voor pasgeborenen met een handicap.
Een hard punt maakt de ChristenUnie van de vervroeging van de termijn voor een abortus van 24 naar 18 weken. De partij komt daarmee omdat door de 20 wekenecho het aantal abortussen toeneemt. Ouders laten hun kind soms ook aborteren als het goed behandelbare aandoeningen heeft. De ChristenUnie wil daarvan af. Daarom mag een 20 wekenecho alleen plaatshebben op het moment dat er geen abortus meer mogelijk is. De echo zelf heeft dan als doel ouders voor te bereiden op mogelijke afwijkingen bij hun kind en in sommige gevallen om met behandeling in de baarmoeder te beginnen.
Met deze medisch-ethische insteek nestelt de ChristenUnie zich definitief tussen CDA en SGP in. Was de CU –en zeker haar voorgangers RPF en GPV– een bondgenoot van de SGP in het geharnaste verzet tegen de abortus- en euthanasiewetgeving, nu zoekt de partij haar heil in het zetten van stappen in de goede richting.
Maar daarmee zit de ChristenUnie niet op dezelfde lijn als het CDA. De CU houdt nadrukkelijk haar ideaal hoog. Het CDA doet dat niet expliciet. In de medisch-ethische paragraaf van het conceptverkiezingsprogramma van het CDA komen de thema’s abortus en euthanasie niet regelrecht voor. Dat was in 2006 nog wel het geval. Nu staat er letterlijk in het programma: „Het CDA staat voor een menslievende en barmhartige zorg, waar ruimte en aandacht is voor elk mensenleven, met de emoties en gevoelens die daarbij horen. Wij zien ons leven als iets wat we ontvangen. Een mensenleven, hoe kwetsbaar ook, is altijd volwaardig.”