Haaien lokken met een geurzak
Praat anderhalf uur met Jaap Putzes, eigenaar van P & S Visreizen in Haarlem, en je kunt zo op haaienvangst bij Ierland. Wie de zoute oceaan liever mijdt, maar toch de viservaring van z’n leven wil hebben, kan op Lake Nasser (Egypte) een nijlbaars verschalken. „Nederlanders gooien het meeste terug, Duitsers eten alles op.”
Omdat zijn medewerker Michel Dekker op dit moment in Brazilië de Amazone afzakt, op zoek naar de mooiste visplekken aldaar, runt Jaap Putzes (41) zelf de winkel. Doorlopend gaat de telefoon. Klanten bellen hem over de details van een visvakantie in Denemarken, een groepsreis naar Kenia -voor de jacht op sailfish en gestreepte marlijn- of de twee meervalkampen in Kazachstan die voor voorjaar en zomer 2002 op de rol staan. Tussendoor helpt hij een jong stel weg met een LED-hoofdlampje voor iets meer dan 100 piek. Dan heeft dat de handen vrij als er in het duister moet worden onthaakt.
Een week vissen in Denemarken kan al voor ruim onder de 1000 gulden, zeker als de eigen auto meegaat. Maar wie naar Kazachstan wil, doet er goed aan per persoon 4,5 mille te reserveren. Dan ben je ook wel twee weken van huis en kun je na afloop foto’s laten zien met een meerval van 100 kilo in je armen.
De start van ”Fishing Adventures”, het nieuwe logo van P(&(S Visreizen, ligt eind jaren ’80. „Ik was op vakantie in Ierland, ging daar zeevissen en ontmoette een schipper die me vroeg of ik niet wat meer Nederlanders zijn kant op kon sturen.” Terug op de thuisbasis verdiepte Putzes zich in de vraag „hoe een visser graag zou willen reizen.” Op dat moment bood nog slechts één touroperator grote(re) visvakanties aan, nu zijn dat er drie „en nog wat kleintjes.”
Trommeltje
Putzes ontdekte al gauw dat er ook behoefte was aan verhuurfaciliteiten voor visgerei. „Want behalve de hengels met reel -molen bovenop- of molen -onderaan- en het onderlijnenmateriaal heb je nog heel wat meer spullen nodig. Zo bedacht ik de Xenos-trommeltjes vol met lijnen, kunstaas, haaienhaken, lood, wartels en de ballonnen voor de haaienvangst. Het enige wat mensen in principe zelf mee moeten nemen is een tas met kleren, een regenpak en een paar laarzen.”
In 1993 leverde Putzes -toen nog met de compagnon die de ”S” in de naam vertegenwoordigde- de eerste zestig klanten aan de bewuste Ierse schipper, twee jaar nadien opende hij een winkel in de Spaarnwouderstraat in Haarlem. Inmiddels is hij een „redelijk grote” speler op de markt van avontuurlijke en exotische visreizen.
Ierland en Noorwegen vormen de bulk van de omzet, zegt Putzes, maar op dit moment zitten er ook groepen van hem in Brazilië, Thailand en Egypte. Negentig procent van de klanten komt op herhaling, omdat een eerdere keer goed beviel. Een enkeling haakt af, „je kunt het niet iedereen naar de zin maken. Een planning kan een keer in de soep lopen, en ik heb het weer ook niet in de hand. De mensen met het meeste geld maken doorgaans de meeste problemen, maar dat is altijd en overal zo.”
De haaienvangst op de Atlantische Oceaan bij Ierland spreekt veel mensen tot de verbeelding, maar ook de visserij op nijlbaars (Lake Nasser) is een topper. In het laatste geval is er de keus tussen een negen- of zestiendaagse safari, waarvan de vissers de meeste dagen (en nachten) op het water doorbrengen. „De nijlbaars is een sterke en spectaculaire vechter, die zich kopschuddend uit het water verheft om zich van het kunstaas te ontdoen”, lokt de reisgids.
Vriendenclubs
Incidenteel schrijven zich wel vrouwen in voor een visvakantie, maar doorgaans zijn het mannen die de strijd met de zeebewoners aangaan. „Vaak zijn het vriendenclubs, mannen die even onder elkaar willen zijn. Maar we hebben ook combinatiereizen, zodat vrouwen en kinderen wel mee kunnen. Dan zorgen we voor wandelingen, andere sporten of culturele excursies in de omgeving.”
Nederlanders zetten bijna alle vangst weer terug, nadat de vissen voor onderzoek zijn gemerkt. „Duitsers eten alles op. Behalve de blauwe haai die ze bij Ierland vangen, want die is niet lekker.” De haaienvangst is spectaculair tot en met. „Met een geurzak vol stukjes verse makreel, zemelen en visolie -de rubby dubby- lok je ze naar de boot. Als de eerste aan de haak zit en boven water komt, gaat er gejuich op. Iedereen helpt mee het dier onbeschadigd aan dek te krijgen. En ook weer ongeschonden terug in zee.”