Gebed nodig, zowel voor Irak als voor Amerika
Dr. ir. Henk de Vries trekt een parallel tussen de oorlog tegen Irak en de slag om Stalingrad. In de strijd tussen nazisme en communisme ging het om ”bad guys” tegenover andere ”bad guys”. Hoe is het met de Verenigde Staten? Volgens De Vries vertoont de samenballing van economische en politieke macht trekken van een Babel-cultuur. Hij bepleit gebed, speciaal voor Irak én de Verenigde Staten, om vergeving voor machtsmisbruik.
Onlangs is de slag om Stalingrad herdacht. Een verwoestende strijd. Eerst leek het erop dat de Duitsers zouden winnen, maar uiteindelijk wonnen de Russen. Achteraf was dit een van de beslissende momenten voor de uiteindelijke Duitse nederlaag in de oorlog.
Er werd niet alleen op het slagveld gestreden, er was ook een gebedsstrijd. Een van de plaatsen van gebed was een Britse bijbelschool. Norman Grubb beschrijft dit in zijn boek ”Op de bres” (Uitg. Stichting Bijbel-in, Delft, 1980; vertaling van Rees Howells Intercessor, Lutterworth Press, Londen). De gebedsgroep was twee weken continu in gebed. „Ondanks ons roepen bleef de vijand vorderingen maken, totdat de halve stad in handen was.
Het gevecht van huis tot huis was het meest verwoestende gedeelte van de hele oorlog; maar de strijd in de Geest werd evenzeer met uiterste inspanning gevoerd. Tegen alle menselijke redenering in, steeg het geloof hoger, naarmate de berichten somberder werden, totdat wij bemerkten dat de vijand voor ons week. Tegelijkertijd keerde ook in de zichtbare strijd het getij en tot verwondering van de wereld werd het Nazi-leger verjaagd, geheel gebroken en gedemoraliseerd. Het was opnieuw een machtige overwinning van de Heilige Geest.”
De Britse bidders ervoeren het nazisme als een duivels geïnspireerde macht, maar ze zagen communistisch Rusland eveneens als een kwade macht die het oordeel over zichzelf had afgeroepen. Ze wisten zich geleid om te bidden dat Rusland zou verzwakken. Daar waren de Duitsers een instrument voor.
Israël
Als Stalingrad zou zijn gevallen, hadden de Duitsers via de Kaukasus naar Palestina kunnen trekken. Eerder was dat al geprobeerd via Noord-Afrika, maar de slag bij Alexandrië bracht ook daar een kink in de kabel. Ook dat was een gebeurtenis waar de Britse gebedsgroep intensief in ”meestreed”. Palestina bleef gespaard en in 1948 kon daar de staat Israël worden gesticht.
De stichting van Israël is een vervulling van bijbelse profetieën en daarom is het land een steen des aanstoots voor andere volkeren, waarbij het ten diepste gaat om afkeer tegen de God van Israël. Het huidige Iraakse regime is een uitgesproken vijand van Israël. De naam wil men zelfs niet uitspreken - het is de ”zionistische entiteit”.
De opbouw van het wapenarsenaal is mede, en misschien wel in de eerste plaats, bedoeld om Israël te kunnen treffen. De onwil om te ontwapenen heeft hiermee te maken en de Amerikanen proberen de ontwapening nu met geweld af te dwingen. Daarbij halen ze, samen met de Britten, voor de rest van de wereld, die lijdzaam toeziet, de kastanjes uit het vuur.
”Good guys” en ”bad guys”?
In de strijd tussen nazisme en communisme ging het om ”bad guys” tegenover andere ”bad guys”. Hoe is het met de Verenigde Staten? Heeft de samenballing van economische en politieke macht ook niet veel trekken van ”Babel”? De Amerikanen willen Irak massavernietigingswapens verbieden die ze zelf ook hebben - is dat niet hypocriet? De Amerikanen terroriseren de hele wereld met de platte vermaaks- en geweldscultuur van Hollywood. En zij lopen voorop in het opsouperen van grondstoffenvoorraden en het vernietigen van ecosystemen. Zo bezien halen ze ook oordeel over zichzelf heen.
De Heere ziet kwaad van individuen en volken niet door de vingers. Het logische gevolg is oordeel. Maar: bij Hem is niets onmogelijk - Hij heeft Zijn Zoon gegeven, opdat een ieder die in Hem gelooft „niet verderve, maar eeuwig leven hebbe.” We mogen bidden dat de Heere de strijd in Irak zal gebruiken in Zijn raad, en dat Hij mensenlevens wil sparen, omwille van Zijn Zoon.
Roeping
Speciaal mogen we voor Irak én de Verenigde Staten bidden om vergeving voor machtsmisbruik, en bidden dat zij zich niet langer de ”Babel-stijl” aanmeten, maar toekomen aan hun roeping. Voor de Verenigde Staten is die roeping, volgens Pieter Bos (in: ”The Nations Called - A theology of the nations and their Redemption”, 2002, Sovereign World, Tonbridge, Kent, Verenigd Koninkrijk) om ”avontuurlijk leider” te zijn binnen de gemeenschap van volken. De roeping van Irak is om in nauwe samenwerking met Egypte en Israël tot een zegen te zijn in het midden van de aarde (Jesaja 19: 23-25).
Ook mogen we de Heere in ontferming aanroepen voor ons eigen volk, dat eveneens zonde op zonde stapelt en zo een oordeel over zich afroept - of de Heere ons nog genadig wil zijn.
Zo mag deze oorlog een extra aanleiding zijn om te bidden.
De auteur is docent bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.