Binnenland

„Klimaat op de VU biedt ook kansen”

Is de Vrije Universiteit nog zo christelijk als haar doelstelling suggereert? Overduidelijk niet, moeten enkele docenten „met pijn in het hart” erkennen. Maar klimaat is anders dan tien jaar geleden, en dat schept kansen. „Het is bovendien van groot belang hoe je persoonlijk met het geloof omgaat.”

Niek Stam
21 March 2003 18:31Gewijzigd op 14 November 2020 00:13

De huidige generatie studenten merkt weinig van een christelijke doelstelling op de Vrije Universiteit. Dat verbaast prof. dr. A. van Nieuw Amerongen niets. „Ze staan aan het einde van een proces dat al begonnen was toen ik hier veertig jaar geleden zelf studeerde.” Maar ook al is de universiteit in de praktijk niet christelijk meer, dr. A. P. Bos zegt dat een openbare universiteit zeker geen alternatief is voor de VU.

De hoogleraar antieke en patristische filosofie bracht enkele jaren geleden een groep wetenschappers bij elkaar die een kritisch boekje schreven over het functioneren van de doelstelling. Bos: „Toch ervaar ik nog steeds een christelijke levenshouding op de VU. Op de vergadering van het college van decanen wordt nog steeds begonnen met bijbellezing. Hetzelfde geldt voor de promoties, die worden geopend wordt met het votum en afgesloten met de lofprijzing: „De naam des Heeren zij geloofd en geprezen, van nu aan tot in eeuwigheid.” Sommigen mogen die tradities uitgehold vinden, ik ervaar ze als waardevol. En ik zou oprecht geen andere universiteit weten om als christen wetenschappelijk onderzoek te doen.”

Dr. J. Stolk toont waardering voor de christelijke initiatieven die er soms zijn, zoals een wekelijkse gebedsdienst. „In de woestijn ben je blij met iedere waterbron.” De hoofddocent aan de afdeling orthopedagogiek heeft in 1993 „met pijn in het hart” de gewoonte moet afschaffen om het ochtendcollege „zeer kort” te beginnen bijbellezing en gebed. „De reacties van de studenten werden zo storend dat ik er niet meer mee door kon gaan. Ze praatten en lachten er gewoon doorheen. Het was op een gegeven moment niet eerbiedig meer.”

Dat de VU afstand heeft genomen van het ideaal waarmee ze is opgericht, betreurt Stolk. Maar hij zegt daarentegen ook hoopvolle dingen mee te maken. „Juist omdat ik helemaal niets meer van de VU verwacht op dit gebied. Ik kan zo blij worden als ik nog iemand tegenkom die in zijn werk ook de Heere wil dienen. We ons moeten verwonderen dat de Heilige Geest deze geseculariseerde universiteit nog niet verlaten heeft, denk ik weleens.”

Het is soms ook net hoe je het bekijkt, vindt dr. G. J. Buijs, verbonden aan de faculteit wijsbegeerte. Volgens hem is het de bekende discussie: „Is het glas halfleeg of halfvol?” Hij kan zich de frustratie van vele oudere docenten voorstellen. „Maar dat heeft ook met hun generatie te maken. Het zijn de mensen die de universiteit in de loop der jaren met lede ogen hebben zien veranderen. Het zijn natuurlijk ook hun generatiegenoten geweest die jarenlang hebben geprobeerd om het christelijke gedachtegoed van de VU te laten verdwijnen. De „gefrustreerde domineeszonen”, zoals ze wel genoemd worden. Maar ook die generatie is gelukkig bijna verdwenen.”

Buijs signaleerde de afgelopen jaren een nieuwe tendens. Hij ervaart dat er meer mogelijkheden zijn om over religie te spreken. „Men staat opener voor geloofszaken dan pakweg tien jaar geleden, en dat geeft nieuwe perspectieven. De recente aanstelling van een aantal mensen uit orthodoxe hoek is daar een symptoom van.”

Professor Van Nieuw Amerongen herkent dat. Hij wordt weleens moe van de argumenten die mensen „al jaren” aandragen tegen de VU. „Vooral uit reformatorische hoek hoor je nogal dat de VU toch de universiteit van Kuitert is. Ze vergeten dan dat Kuitert hier al tien jaar weg is. En dat hier nu theologen lopen als Talstra, Van de Beek en Balke. Allemaal mensen uit orthodoxe hoek, die niets moeten hebben van de afbraaktheologie zoals die hier in het verleden werd gehanteerd.”

Van Nieuw Amerongen adviseert zijn kinderen met overtuiging om naar de VU te gaan. „Men is hier toch menselijker in de omgang dan ergens anders, er wordt naar elkaar omgekeken. Bovendien: op persoonlijk vlak, en geloof is persoonlijk, is hier heel veel mogelijk. Hoeveel vragen ik niet heb gekregen omdat ik bid voor het eten. Of vanwege het feit dat we een groot gezin hebben. Dan krijg je een kans om ook iets te laten zien van wat je drijft.”

Dit is het derde deel in een vierdelige serie over de christelijke doelstelling van de VU. Het laatste deel staat in de rubriek Onderwijs: ”Kuypers ideaal en de VU van nu.” Eerdere delen verschenen woensdag en donderdag op rubriek binnenland.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer