Opinie

Matthäus Passion

In RD 6-3 las ik een verslag over de uitvoering van de Matthäus Passion. Aan het einde van dat artikel werd ook nog bekendgemaakt waar en wanneer de volgende uitvoering gehouden wordt.

23 March 2010 08:22Gewijzigd op 14 November 2020 10:10

Het is mij een raadsel hoe het kan dat het in de gereformeerde gezindte een traditie is geworden om de Matthäus Passion te bezoeken.In mijn jonge jaren maakte ik een uitvoering mee in de Doelen in Rotterdam. Nog steeds zie ik, 45 jaar later, de Judasfiguur voor mij: zwart haar, zwarte baard, zwarte kleding, harde, donkere stem, vreselijk! Ik heb toen ook het besluit genomen er nooit meer heen te gaan, hoewel ik echt van muziek houd, maar vertolkt op een andere wijze. Ik kan mij niet voorstellen dat een componist met zo onverklaarbaar veel inlevingsvermogen in het lijden van Christus, de bedoeling heeft gehad om deze muziek ook uit te beelden.

Een kind van God, die de Heere Jezus liefheeft, kan toch niet genieten van het nabootsen en opvoeren van het lijden van Christus? Het is toch een onbegrijpelijk wonder dat de Heere Jezus Zijn leven heeft willen geven door als mens op aarde te willen komen en te lijden en sterven om Zijn volk vrij te kopen en te verlossen van de zonde, de straf en het oordeel?

Dit wonder moet niet ”gespeeld” maar beleefd worden. Ik hoop van harte dat het nadenken hierover mensen niet naar de uitvoering, maar op de knieën zal brengen.

A. A. van Poelje-Vreugdenhil

Catamaran 7

3863 TE Nijkerk

Instabiliteit

In het lezenswaardige artikel ”Versplintering bedreigt stabiliteit” (RD 13-3) wijst dr. C. S. L. Janse onder meer op de grote politieke instabiliteit in de jaren dertig. „In tien jaar tijd (tussen 1929 en 1939) hadden we zes kabinetten. Geen van die behaalde de eindstreep.”

Zó erg was het echter niet. Tussen 1929 en 1939 had ons land vijf kabinetten. Tot 1933 was het derde kabinet-Ruijs de Beerenbrouck aan het bewind en daarna gaf Colijn achtereenvolgens leiding aan zijn tweede, derde, vierde en vijfde kabinet. Van deze vijf ministeries namen er twee (Ruijs en Colijn-3) zoals gebruikelijk ontslag aan het einde van de parlementaire periode (1933, resp. 1937).

De andere drie traden inderdaad tussentijds af en haalden dus niet de eindstreep.

M. den Admirant

Suzannaland 454

2591 JT Den Haag

Naschrift:

Dat het derde kabinet-Ruijs de Beerenbrouck de eindstreep haalde is niet juist, al scheelde het niet veel. Vanwege een botsing met de Tweede Kamer over het wegbezuinigen van een aantal rechtbanken en kantongerechten werd de Kamer op 15 februari 1933 ontbonden. De verkiezingen werden daardoor vervroegd.

Van het derde kabinet-Colijn kun je inderdaad zeggen dat het de eindstreep haalde, in die zin dat het aan het bewind bleef tot het einde van de zittingsperiode van de Tweede Kamer. Maar toen bestond het kabinet nog geen twee jaar. Omdat het pas halverwege de zittingsduur van de Kamer was opgetreden, haalde het bij lange na niet de ‘normale’ regeerperiode van vier jaar.

C. S. L. Janse

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer