Russische roulette in Bagdad
Met meer dan 90 procent van de stemmen geteld, worden de contouren van het nieuwe politieke landschap in Irak langzamerhand zichtbaar.
De Iraakse kiescommissie heeft laten weten dat de definitieve uitslag niet voor het einde van deze maand wordt verwacht. Zeker is wel dat premier Nuri al-Maliki, die de partij ”de rechtsstaat” aanvoert, en zijn opponent Allawi, leider van ”de Iraakse alliantie”, in een nek-aan-nekrace zijn verwikkeld.Verder staat vast dat beide partijen tussen de 85 en 90 parlementszetels hebben veroverd. Overigens heeft zowel Al-Maliki als Allawi een hertelling van de stemmen geëist omdat ze de resultaten van de kiescommissie niet vertrouwen.
Om een absolute meerderheid te halen in het Iraakse parlement moet een partij ten minste 163 van de in totaal 325 zetels winnen. Geen van de partijen is dit gelukt, wat betekent dat er een coalitie moet worden gevormd. Voor de verkiezingen waren alle grote partijen overigens al begonnen met het vormen van allianties en blokken.
Grondwet
Dat blijft niet zonder problemen. Zo bestaat de alliantie van de seculiere Allawi uit een groot aantal partijen, die vaak zeer tegenstrijdige programma’s hebben. Hetzelfde geldt voor de sjiitische alliantie van Al-Djafari, die als derde grote formatie uit de verkiezingen is gekomen. Veel partijen hebben zich uitsluitend bij allianties aangesloten om een grotere kans te maken zetels te veroveren. De algemene verwachting is dat de partijblokken spoedig uit elkaar zullen vallen en versplinteren.
Dat biedt kansen voor Al-Maliki, die een tweede termijn als minister-president ambieert. Zijn alliantie is verenigd rondom een gezamenlijk partijprogramma en vertoont innerlijke cohesie. Al-Maliki streeft ernaar een regering te formeren met de Koerdische partijen. Daarbij kunnen zich allerlei partijen aansluiten, die zich van de twee andere grote allianties hebben afgescheiden. Op deze manier zou hij een tweederdemeerderheid kunnen verkrijgen en daarmee de mogelijkheid om de grondwet te wijzigen.
Probleem is echter dat reeds voor de verkiezingen duidelijk werd dat de twee andere grote allianties per se een nieuw premierschap van Al-Maliki willen voorkomen. Bovendien dient Irak de komende vier jaar zijn betrekkingen met de Arabische buurlanden te normaliseren, vooral met Syrië en Saudi-Arabië, en het is geen geheim dat in deze landen een grote aversie tegen Al-Maliki leeft.
Koerden
Volgens veel waarnemers hebben de Koerden de sleutel in handen. Zij zouden de alliantie van Allawi aan een meerderheid kunnen helpen. Een regering bestaande uit de formatie van Allawi, de sjiitische alliantie van Al-Djafari en de Koerden zou eveneens op een tweederde meerderheid kunnen bogen. Toch lijkt ook deze alliantie niet erg waarschijnlijk. De alliantie van Allawi bevat namelijk een groot aantal soennitische partijen en die staan zeer vijandig tegenover de Koerden.
Waarnemers verwachten dat de vorming van een nieuwe regering veel tijd in beslag zal nemen en dit vervult de Irakezen met grote zorg. Een dergelijk politiek vacuüm zou de toch al fragiele veiligheidssituatie in Irak immers kunnen doen exploderen. Ook de Amerikanen, die in augustus willen beginnen met de terugtrekking van hun troepen, volgen de politieke ontwikkeling met zorg.
Hoewel alle Iraakse politici het bij hoog en laag ontkennen, lijkt de Iraakse democratie zich te ontwikkelen in de richting van het Libanese model. De samenstelling van de bevolking in Libanon, die loopt langs religieuze en etnische scheidslijnen, maakt het noodzakelijk dat er altijd regeringen van nationale eenheid worden gevormd, waarin alle groepen zijn vertegenwoordigd. Dat maakt daadkrachtig bestuur veelal onmogelijk.
Libanon
In Irak tekent het ‘Libanese scenario’ zich steeds duidelijker af. Sjiitische partijen zouden in principe een regering kunnen vormen met de Koerden met uitsluiting van de soennitische partijen of net andersom. In de huidige Iraakse context is dit echter gevaarlijk en feitelijk niet bespreekbaar.
De Koerden zullen nooit accepteren dat ze geen zitting hebben in de centrale regering in Bagdad. De soennitische minderheid, die in 2005 de verkiezingen massaal boycotte, voelt zich sowieso al gemarginaliseerd in het nieuwe Irak. Hun deelname aan de regering moet voorkomen dat ze opnieuw de wapens oppakken.
De Russische roulette die de komende maanden in Bagdad te zien zal zijn, onderstreept nog eens de groeiende rol van het Iraakse leger, dat de veiligheid van zowel de Iraakse staat als het politieke proces moet garanderen. Het leger als waarborg voor de democratie is in deze regio geen onbekend verschijnsel.