Ricinesporen gevonden op station Parijs
In een bagagekluisje op het Gare de Lyon in Parijs zijn flesjes gevonden met sporen van het zeer giftige ricine, dat gebruikt kan worden in biologische wapens. Dat heeft het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken bekendgemaakt.
De politie nam maandag twee flesjes met poeder en een derde met vloeistof in beslag nadat ze was gealarmeerd door de Franse spoorwegen.
Volgens een verklaring die het ministerie donderdag uitgaf, heeft de politie de ricine maandag gevonden na een waarschuwing van de nationale spoorwegmaatschappij SNCF.
In de twee kleinere zaten „sporen van ricine in een mengsel dat een zeer gevaarlijk vergif blijkt te zijn”, aldus het ministerie.
Ricine is een natuurlijke stof, die ontstaat bij de verwerking van ricinezaad tot ricineolie. Het is eenvoudiger te bereiden dan antrax en behoort tot de dodelijkste gifsoorten; een gram ricine zou 36.000 mensen kunnen doden. De stof komt in de bloedsomloop terecht door inslikken, inademen of zelfs huidcontact. Er bestaat geen tegengif.
In januari vond de Britse politie sporen van ricine in een tehuis voor daklozen in Londen. Naar aanleiding daarvan onderzoekt de Amerikaanse inlichtingendienst CIA of Abu Musab al-Zarqawi, die wordt beschouwd als specialist in de productie van gif, betrokken is bij een plan om ricine te gebruiken voor het vergiftigen van voedsel voor Britse troepen. De VS vermoeden dat Al-Zarqawi de schakel is tussen het bewind in Irak en het terroristennetwerk al-Qaida.
Enkele uren na het begin van de oorlog met Irak heeft Frankrijk donderdag de veiligheidsmaatregelen in het land beduidend opgeschroefd. „Laten we allemaal voorbereid zijn, maar ons niet overgeven aan nervositeit”, verklaarde premier Jean-Pierre Raffarin.
Het aantal agenten op straat werd verdubbeld en de beveiliging van stations, havens en andere aanslaggevoelige plaatsen werd opgevoerd. Daarnaast kondigde minister van Binnenlandse Zaken Nicolas Sarkozy een aantal extra maatregelen af om de infrastructuur, de voedsel- en watervoorzieningen en kerncentrales te beschermen tegen terreuraanslagen. Ook worden scholen en gebedsplaatsen extra beveiligd. „De terreurdreiging drukt net zo zwaar op ons land als op de hele westerse wereld. Niet meer, niet minder”, zei Sarkozy.
Frankrijk is van meet af aan tegenstander geweest van een oorlog met Irak. De bevolking gaf daar op de dag dat de oorlog daadwerkelijk uitbrak nog eens massaal blijk van. In Parijs gingen tienduizenden mensen de straat op om te protesteren tegen de oorlog. Volgens de organisatie verzamelden zich zo’n 70.000 mensen op het Place de la Concorde tegenover de Amerikaanse ambassade.
De betoging in Parijs was verreweg de grootste, maar ook in andere Franse steden kwamen veel mensen op de been. In Marseille waren dat er rond de 1200, in Bordeaux ongeveer 2700 en in Straatsburg, Lyon en Lille zo’n 2000. De protestacties hadden bijna overal plaats bij Amerikaanse consulaten of dependances daarvan. Nergens was sprake van ongeregeldheden.