„Laat liturgie geen vast patroon worden”
PIJKENISSE – Twintig jaar geleden stond de Michaëlkerk in Spijkenisse te koop. Er kwamen nog maar vijftig mensen. Totdat vijftien jaar geleden ds. Hans Eschbach, nu directeur van het Evangelisch Werkverband, er kwam. „We zien hoe een vernieuwingsbeweging de traditionele kerk tot bloei brengt.”
Ds. Eschbach sprak zaterdag op de bijeenkomst ”Samen in de naam van Jezus” over vernieuwingen in de liturgie in traditionele kerken. Het studieweekend in de Michaëlkerk te Spijkenisse was georganiseerd door het Evangelisch Werkverband (EW) binnen de Protestantse Kerk in Nederland.Een andere spreker, dr. Evert van de Poll, toerustingspredikant en docent missiologie en praktische theologie aan de Evangelische Theologische Faculteit in Leuven, schreef vorig jaar een boek over evangelische bezinning op de liturgie, met dezelfde titel als die van het congres.
Vrije liturgie
Volgens Van de Poll staan evangelischen in een lange traditie van de zogenaamde vrije liturgie. „Vrij van landelijke regelgeving, vrij van een verplichte volgorde van onderdelen, vrijheid in het spontane en het informele en vrijheid voor de plaatselijke gemeente om zelf de vormgeving en de inhoud van haar samenkomsten te bepalen.”
In die vrijheid kunnen Bijbelse elementen van de liturgie tot hun recht komen, stelde hij. Bij andere stromingen is die basis overwoekerd door tradities van latere oorsprong, zo zei hij.
Discipelschap
De samenkomst is voor dr. Van de Poll een samenbindend element van discipelschap. „De samenkomst is meer dan individueel gevoed worden”, zei hij. „Het gaat om de gemeenschap met broeders en zusters. Die gemeenschap is het hart van de liturgie, waarbij de levende Heer reëel in ons midden is.” Dr. Van de Poll noemt dat de binnenkant van de samenkomst, „een mysterie dat wij niet kunnen bewerken.”
De samenkomst heeft ook een buitenkant. Dat is de liturgie, „waaraan iedere stroom binnen de kerk is te herkennen.” De evangelische traditie wil volgens dr. Van de Poll buitenstaanders niet aantrekken door bijzondere evenementen. Wel staat de traditie voor aanpassing aan de cultuur om de drempel tussen cultuur en christelijke gemeente zoveel mogelijk te slechten.
Dr. Van de Poll noemt de samenkomst een plicht en een feest. „Niemand kan in zijn eentje feestvieren. Daarom komen we samen. Het eigene van dat feest is dat je verwacht wordt.” De reguliere samenkomst heeft volgens hem het karakter van de sabbat. „Een ontmoeting waarin niets moet.”
Liedcultuur
Voor de Leuvense docent is muziek een belangrijk item in de liturgische vernieuwingsbeweging. Wel zei hij het te betreuren dat de muziek zo identiteitsbepalend is geworden bij evangelischen. „In de klassieke muziek heb je het ”thema met variaties”. Laat ons thema Jezus zijn en daarop muzikale variaties maken. Zodra je een vast patroon maakt, krijg je problemen.”
In een van de workshops liet theoloog en muzikant Kees van Setten met organist Daan Weenk zien hoe het samenspel tussen organist en een muziekgroep een heel andere techniek vraagt dan die van de solo-organist. „Orgel en muziekgroep zijn een integratie van de liedcultuur”, aldus Van Setten.
Ds. Jan Maarten Goedhart, predikant van de Michaëlkerk, zei in zijn workshop te hechten aan een heldere Bijbelse verkondiging en op een vormgeving van de eredienst die gericht is op mensen die niet geloven. „Het is zaak in de liturgie in evenwicht te blijven en niet eenzijdig door te slaan naar traditie of naar vernieuwing. Dan hoeven laagdrempeligheid en diepgang elkaar niet uit te sluiten.”