Hulpdiensten halen alles uit de kast bij rampoefening Waddenzee
Groot alarm op de Waddenzee. De reddingsdiensten rukken uit. Voor een geplande ramp. „’t Blijft leuk.”
Het is knap koud. De zon schijnt, een lichte bries snijdt over een kabbelende Waddenzee. Een meeuw krijst. Verder is het stil.De veerboot Vlieland van rederij Doeksen uit Harlingen kiest het ruime sop. Onder de rook van Terschelling gaat het mis. Een rookpluimpje stijgt op uit de kombuis.
De bemanning slaagt er niet in het binnenbrandje te blussen. Donkergrijze rook vult het hagelwitte schip. De kapitein alarmeert daarom de kustwacht. Onder de opvarenden vallen de eerste gewonden. Licht en zwaar.
De hulpdiensten halen alles uit de kast om een ramp te voorkomen. Zes KNRM-reddingsboten scheren vanuit Harlingen, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog naar de plaats des onheils.
De politieboot P48 neemt de ”on scene-coördinatie” op zich. „Bij een ramp heb je altijd dergelijke ogen en oren ter plekke nodig”, legt kustwachtwoordvoerder Jan Regeling uit.
De luchtmacht verschijnt met twee Search and Rescue-heli’s boven de ramplocatie. Zout water stuift op. Een Lynx dropt hulpgoederen op het dek. Een kanariegele heli laat even later wat manschappen naar beneden zakken.
Beetje overdreven
De hulpdiensten zetten meer dan veertig brandweerlieden en ambulancebroeders aan boord. Beetje overdreven, erkent Janneke Stokroos van de KNRM. „Iedereen wil echter ervaring opdoen met de hulpverlening op het water.”
De kapitein besluit tot evacuatie. Aan de zijkant van het schip ontrolt zich –volautomatisch– een reusachtige, opblaasbare oranje glijbaan. „Net als in een vliegtuig”, wijst Rien van der Ven, hoofd veiligheidsbureau van de Hulpverleningsdienst Fryslân.
Onderaan, op het water, ontvouwt zich een opblaasbaar vlot. Een voor een roetsjen de opvarenden naar beneden. Burgemeester Yorick Haan (35) van Vlieland –„elf dagen in functie”– wordt via de glijbaan-ervaring in het diepe gegooid. „Ik wist dat dit bij mijn taak hoorde. Maar ’t is erg leuk.”
Een reddingsboot komt langszij. Snel stappen de verkleumde slachtoffers over op reddingsboten. Een grotere boot brengt hen naar de vaste wal. Ambulances wachten met draaiende motor om gewonden naar een ziekenhuis te brengen. De terminal van Doeksen is ingericht als crisisopvangcentrum.
Gevaren
Het kan aardig spoken op de Waddenzee. Een oefening met een veerbootramp is daarom niet overbodig, legt Van der Ven uit. „Er kan sterke stroming op de Waddenzee staan, met de nodige golfslag.”
Grootste risico schuilt echter in een stroperige aanpak van de betrokken bestuurders. „Bij de Waddenzee zijn achttien walgemeenten, drie provincies en enkele ministeries betrokken”, somt burgemeester Bert Zwart van Schiermonnikoog op.
Een opgerichte stuurgroep moet strubbelingen in de kiem smoren. „Er moeten geen competenties gaan spelen tussen de betrokken bestuursorganen.” Een oefening moet daarom iedereen scherp houden.
Het rampenplan voor de Waddenzee is globaal van opzet. „Je kunt geen gedetailleerde afspraken voor dit gebied vastleggen”, verklaart Van der Ven. „De omstandigheden wisselen hier zó sterk. Elk getijde, elk seizoen, elk uur van de dag is anders.”
Een oefening met een veerboot is geen sinecure. Het volautomatisch ontrollen van de glijbaan betekent dat de ”Vlieland” voorlopig uit de vaart is. „Er is immers geen glijbaan meer aan boord. Die moeten ze eerst schoonmaken en weer opvouwen. Dat duurt nog wel even.”
Burgemeester Zwart heeft de smaak te pakken. „In 2011 een onaangekondigde oefening. Dan wil ik die bestuurders nog wel eens zien.”