Passie van Jesus Christus
Over het lijden van Jezus Christus maakte de Duitse schilder Albrecht Dürer (1471-1528) in 1510 vijftien indrukwekkende kopergravures. Antoine Bodar, priester, schrijver en hoogleraar, schreef er enkele fijnzinnige en diepzinnige overwegingen bij en bundelde zijn schetsen samen met Dürers etsen in het boek ”De passie van Jezus Christus”.
Dürer opent de reeks van vijftien kopergravures, die hij maakte tussen 1507 en 1512, met een ets waarop de Man van Smarten in alle weerloosheid staat afgebeeld. Daarna volgen gravures over de Hof van Olijven, de gevangenneming, de veroordeling, kruisdraging en kruisiging, bewening, graflegging, nederdaling ter helle en opstanding. „Hij vernederde Zich en was gehoorzaam tot de dood, tot de dood aan het kruis”, zo tekent Bodar op. „In enen wordt het marteltuig zegeteken.”Achter in het boekje geeft Bodar een levensbeschrijving van Dürer. Dat de kunstenaar omstreeks 1520 sympathie koesterde voor Maarten Luther blijft onvermeld. Dürer had zo veel bewondering voor de hervormer dat hij graag een portret van hem had willen maken.
Dürer was in zijn werk gericht op Christus’ lijden, aldus Bodar. „Waartoe dienen de prenten? Ze dienen om stuk voor stuk te bekijken en aldus te overwegen en zo mee te lijden met Jesus’ lijden.”
Bodar doet denken aan Luther als hij schrijft dat Christus’ dood de dood was voor de dood. Tegelijk mist het boekje, hoe mooi ook, juist vanwege alle nadruk op de compassie iets van de radicaliteit van Luthers ”pro me”: Christus leed voor mij, opdat ik eeuwig leven zou.
Passie van Jesus Christus. Lijden van de Zoon Gods, Antoine Bodar/Albrecht Dürer; uitg. Meinema, Zoetermeer, 2010; ISBN 978 90 211 4239 5; 48 blz.; € 16,90.