Belofte
„En ik zag de doden klein en groot staande voor God…”Openbaring 20:12
Een stervende in Christus moet niet zozeer zijn geest richten op de kwellingen van de dood als op de gezegende staat van het eeuwige leven die hij na de dood genieten zal. Daarop moet hij, door Jezus Christus, het oog des geloofs richten. Wij moeten op de dood zien in de spiegel van het Evangelie, zodat hij een zoete slaap is. Wij moeten er niet op zien in de spiegel van de wet, zodat hij een vloek is.Ik zou willen dat elke christen op zijn ziekbed de dood verwacht en die geduldig en gewillig aanvaardt. Mijn eerste reden daarvoor is dat de dood van elke christen voorzien en verordend is door het speciaal besluit en de voorzienigheid van God. Verder noem ik Gods belofte: „Zalig zijn de doden die in de Heere sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hun arbeid; en hun werken volgen met hen.” En ook: Wie in Christus sterft, heeft zijn ziel en lichaam werkelijk met Christus verbonden volgens het verbond der genade. Ten slotte, God heeft Zijn bijzondere en gezegende tegenwoordigheid toegezegd aan zieken en stervenden, die de Zijne zijn. In Jesaja 43:2,3 zegt Hij: „Wanneer gij zult gaan door het water, Ik zal bij u zijn…”
Samuel Smith, predikant te Prittlewell,
(”Het laatste oordeel”, 1621)