Uruzganmissie zorgt al jaren voor rumoer
De missie in Afghanistan zorgt al vanaf het eerste voornemen daartoe voor veel politiek rumoer. Een chronologisch overzicht.
Zomer 2005: Het kabinet-Balkenende II (CDA, VVD, D66) overweegt een bijdrage aan de ISAF-missie van de NAVO in Afghanistan.December 2005: D66 is tegen de missie en brengt de twee D66-ministers Brinkhorst en Pechtold in een lastig parket, want die zijn voor. Het kabinet neemt daarop geen besluit maar komt met het „voornemen” om militairen naar Uruzgan te sturen.
Januari 2006: De dreiging van een kabinetscrisis houdt aan. De Tweede Kamer weigert te debatteren over een voornemen. In een nieuwe kabinetsbrief staat een „bereidheid” tot de missie. Het parlement staakt zijn blokkade om te praten.
Februari 2006: De Kamer stemt in met de missie die tot augustus 2008 zou moeten duren. Alleen regeringspartij D66, de dan nog kleine SP, GroenLinks en één PvdA-Kamerlid stemmen tegen. Dittrich (D66) stapt op als fractievoorzitter. Hij had gehoopt dat hij de PvdA zou meekrijgen in zijn verzet tegen de missie. Dat lukt hem niet. Dittrich erkent dat hij de uitkomst van het debat over de militaire missie naar Afghanistan verkeerd heeft ingeschat.
Zomer 2007: Het nieuwe kabinet (CDA, PvdA en CU) sluit niet uit dat de missie langer gaat duren. Minister Van Middelkoop (Defensie) praat eind juni zijn mond voorbij en zegt dat het kabinet „een zekere bereidheid” heeft om te kijken naar voortzetting van de uitzending na augustus volgend jaar. Hij spreekt zelfs de „politieke intentie” uit om in Afghanistan te blijven. De oppositie verwijt hem daarop de onderhandelingspositie van Nederland te hebben uitgehold: andere landen weten nu dat Nederland de missie verlengt. Van Middelkoop erkent dat hij fout zat.
Najaar 2007: Nederland wil dat ook andere landen gaan helpen in Uruzgan. Geworven wordt onder meer op een NAVO-top in Noordwijk.
December 2007: De Tweede Kamer stemt in met twee jaar verlenging van de missie. PvdA en VVD gaan pas akkoord als zij de harde belofte krijgen dat de missie in augustus 2010 stopt.
September 2009: De ministers Verhagen (Buitenlandse Zaken) en Van Middelkoop suggereren dat ze langer willen blijven in Uruzgan. In een Kamerdebat over hun uitlatingen dienen de regeringspartijen ChristenUnie en PvdA een motie in die zegt dat het kabinet zich moet houden aan de afspraken uit 2007 dat Nederland „hoe dan ook” zijn leidende militaire verantwoordelijkheid in Uruzgan per 1 augustus dit jaar zal beëindigen, dat ons land daarna geen nieuwe missie in die provincie op zich zal nemen en dat eind dit jaar alle militairen weg zijn uit Uruzgan.
Februari 2010: De PvdA in het kabinet en in de Kamer houdt vast aan een vertrek uit Uruzgan. Ook de fractie van de ChristenUnie wil er weg. Het CDA wil er blijven. Het dilemma wordt negentien keer tevergeefs in het kabinet besproken. De NAVO verzoekt ons land op 4 februari om een trainingsmissie in Uruzgan op zich te nemen. De PvdA-ministers willen dat het kabinet het verzoek afwijst; CDA en ChristenUnie willen zo ver nog niet gaan. Tijdens de ministerraadsvergadering van 19 februari probeert het kabinet de gordiaanse knoop waarin het verstrikt zit, te ontwarren. Ingewijden melden ’s avonds dat de ministerraad urenlang bezig is met een „heftige evaluatie” van wat er in de afgelopen tijd is misgegaan.