Van Aartsen: EU heeft Palestina niet erkend
Minister Van Aartsen (Buitenlandse Zaken) vindt niet dat de Europese Raad de indruk heeft gewekt dat zij al een onafhankelijke Palestijnse staat zou hebben erkend. Toch werd de bewindsman woensdag in de Tweede Kamer in de verdediging gedrongen door VVD en SGP. Beide partijen vinden het op zijn minst slordig dat de Raad in zijn meest recente verklaring verwijst naar „Palestina.”
De Kamer debatteerde woensdag met premier Kok en minister Van Aartsen over de resultaten van de Europese top die het afgelopen weekeinde in het Belgische Laken werd gehouden. De meeste fracties toonden zich teleurgesteld in die resultaten, maar prezen wel de „evenwichtige passage” in de slotverklaring over het geweld in het Midden-Oosten.
VVD en SGP plaatsten bij die passage echter de kritische kanttekening dat er ten onrechte wordt gesproken over „Palestina”, als zou het gaan om een zelfstandige, onafhankelijke staat. „Slordig”, zo noemde VVD-kamerlid Weisglas die aanduiding. Zolang er geen sprake is van een onafhankelijke Palestijnse staat, moet volgens hem op correcte wijze gesproken worden over „Palestijnse gebieden.”
Kritischer nog was het SGP-kamerlid Van der Staaij. „De verklaring over het Midden-Oosten gaat er merkwaardig genoeg aan het slot al vanuit dat er reeds twee staten zijn”, zei hij. „Niets is er minder welkom in de huidige politieke situatie en niets frustreert de gang naar de onderhandelingstafel zo als dergelijke politieke suggesties die niet opportuun en niet verstandig zijn.”
Volgens minister Van Aartsen moet de zaak echter niet worden overdreven. Volgens hem leest niemand die enige kennis heeft van het gezamenlijke Europese buitenlands beleid in de passage dat er sprake zou zijn van erkenning van een Palestijnse staat. Wel is duidelijk, aldus de bewindsman, dat de lidstaten van de Europese Unie het van belang vinden dat die staat er komt.
Terrorisme
Omdat tijdens de top in Laken ook intensief is gesproken over terrorismebestrijding op Europees niveau, riepen VVD en CDA het kabinet woensdag op te voorkomen dat Nederland een thuishaven wordt voor terroristische organisaties. Beide partijen vrezen dat organisaties die elders in Europa verboden worden, uitwijken naar Nederland. CDA-kamerlid Cörüz diende een motie in om de vrije vestiging van terroristische organisaties binnen Europa tegen te houden.
Vooral de PvdA en D66 reageerden fel op de motie. „Nederland maakt zelf wel uit welke beperkingen ze legt op het recht van vereniging van vergadering, dat laten we niet door Duitsland bepalen”, zei PvdA-kamerlid Timmermans. In Nederland zijn politieke organisaties niet verboden zolang ze hier niet in strijd met de wet handelen. Minister Van Aartsen noemde de motie daarom strijdig met de „fundamenten van onze rechtsstaat.”
Conventie
De drie grote partijen, PvdA, VVD en CDA, gaven woensdag aan dat zij alledrie één kamerlid willen afvaardigen voor de Europese conventie, de denktank die vanaf maart volgend jaar onder voorzitterschap van de Franse oud-president Giscard d’Estaing verdere hervormingen voor de EU gaat voorbereiden. Bij de PvdA is kamerlid Timmermans in de race, bij het CDA is dat Verhagen. De VVD, die tegen de instelling van de conventie was, wil nu het besluit toch is gevallen „constructief meepraten” en eisen ook een plek. Ook de Eerste Kamer wil meepraten. Nederland mag twee parlementariërs afvaardigen, plus twee plaatsvervangers.