Koeien
Men melkt een koe door de bek, zo luidt een spreekwoord. De betekenis ervan is eenvoudig: Wat een koe te eten krijgt, bepaalt de melkopbrengst. De hoeveelheid en kwaliteit eten is bepalend voor de hoeveelheid en kwaliteit melk die een koe geeft. Hoe meer en beter het eten, des te meer en beter de melk. Een waarheid als een koe. Toch?
Toch is dit niet het enige wat de melkopbrengst bepaalt, zo blijkt uit onderzoek van de universiteit van Newcastle. De twee onderzoekers, Catherine Douglas en Peter Rowlinson, deden vorig jaar onderzoek onder ruim 500 boeren. En wat blijkt? Boeren die hun koeien een eigen naam geven, hebben een hogere melkopbrengst dan koeien zonder naam. Het is verschil is zelfs aanzienlijk. Wel 280 liter per jaar!De conclusie van dit onderzoek lijkt vrij simpel. Een boer die meer melk wil produceren moet zijn koeien een eigen naam geven, zoals Bertha en Clara en hen daarmee vervolgens aanspreken. En als we het breder trekken: geef vee en huisdieren een naam en spreek ze daarmee consequent aan en u zult zien dat ze ”het beter doen”.
En als we het nog breder trekken: mensen aanspreken met hun naam vergroot hun tevredenheid en loyaliteit. Dus wilt u meer tevreden klanten, spreek hen steeds aan met hun naam. Wilt u meer tevreden en harder werkende medewerkers, spreek hen steeds aan met hun naam. En wilt u bijvoorbeeld een grotere betrokkenheid van leden binnen uw vereniging of ouders van leerlingen op school, spreek hen steeds aan met hun naam.
Maar is het wel zo simpel? Helaas, of misschien zelfs gelukkig, is dit niet zo simpel. Het aanspreken met een eigen naam is namelijk niet de oorzaak van, als we weer teruggaan naar de koeien, een hogere melkproductie, maar het gevolg van de manier waarop een boer zijn vee behandelt. Wat de onderzoekers vonden was dat koeien meer melk gingen produceren wanneer de boer de individualiteit van hun koeien benadrukte, hun een persoonlijke behandeling gaf, persoonlijk contact met hen had, hen aaide, verzorgde en anderszins vertroetelde. Hierdoor wordt het welzijn van de koe verbeterd en ook zijn beeld van mensen. De koe raakt gelukkiger en meer ontspannen, waardoor de melkproductie verbetert.
Boeren die hun koeien een eigen naam geven, geven daarmee uiting aan de zorg en liefde voor hun dieren. Maar omgekeerd geldt niet dat door hun dieren een naam te geven deze zorg en liefde gelijk wordt inbegrepen. Een boer die denkt zijn melkproductie te verhogen door even snel zijn koeien een naam te geven, zal nul op zijn rekest krijgen. Er verandert immers niets in zijn aandacht voor de dieren.
Deze les kunnen we breder trekken. Het geluk en welzijn van mensen, of het nu gaat om klanten, patiënten, collega’s of bijvoorbeeld leerlingen, is niet te vergroten door hen bij naam te noemen. Het gaat om de zorg en liefde die zij ontvangen.
Deze zorg en liefde dienen daarbij intrinsiek te zijn. Niet om er uiteindelijk zelf beter van te worden, maar omdat er om de ander wordt gegeven. Dat wie goed doet, goed ontmoet, is dan mooi meegenomen, maar geen doel. Want dan zou de ander toch slechts een instrument zijn om de eigen doelen te realiseren. Juist daarom spreekt de Bijbel over hartelijke, ongeveinsde liefde ten opzichte van elkaar.
Nog één keer terug naar de veehouderij. Het onderzoek toonde aan dat twee derde van de deelnemende boeren al een persoonlijke, warme band heeft met elk dier van zijn veestapel. Als we kijken naar de verharding in de samenleving en de klantonvriendelijkheid van menig bedrijf, dan valt er nog veel te leren van deze boerenliefde. Zoals een geïnterviewde boer zei: „De beesten zijn niet alleen ons vee, maar maken ook deel uit van de familie.”
De auteur is hoogleraar bedrijfsethiek aan de Erasmus Universiteit en directeur bij KPMG. Reageren aan scribent? nietbijbroodalleen@refdag.nl