Gebed voor de vervolgde kerk
Wanneer is er in uw gezin, in uw gemeente voor het laatst gebeden voor de lijdende kerk? Die vraag stelt M. J. (Rien) Uijl
in onderstaande bijdrage. Hij benadrukt dat er meer in gebed geworsteld moet worden met degenen die lijden om Christus’ wil. In juni 1997 had ik in een buitenwijk van Asjchabad een gesprek met drie Turkmeense vrouwen. Getekend door de weg van het lijden om het vrijmoedige getuigenis van Gods naam. Letterlijk. Een van hen was blauw en gebutst, mishandeld door haar ongelovige man. We zaten in de tuin onder een afdak in de schaduw, bij een zinderende hitte van 55 graden Celsius. Ik moet nog vaak denken aan de vragen die ze op me afvuurden: „Hoe vrij is het in Holland? Staan jullie voorgangers ook onder druk van de overheid? Als de Bijbel dan vrij verkrijgbaar is en er zijn christelijke scholen, is dan iedereen bij jullie christen?”
Maar -en toen kwam het- „wat doen jullie dan met 2 Timótheüs 3:12: „En ook allen die godzalig willen leven in Christus Jezus, die zullen vervolgd worden.”” Ik was stil en wat verbouwereerd. Ze keken me alledrie aan en in hun ogen las ik de pijnlijke vraag: „Wat doen jullie met die tekst?” Toen antwoordde ik peinzend: „We doen niets met dat vers.” En in gedachten voegde ik eraan toe: „…en niets met een heleboel andere teksten die we liever niet lezen omdat het onze rust zou wegnemen, onze gezapigheid en een heleboel andere dingen die ons lief en dierbaar zijn…”
Zijn wij beter?
Als we naar de situatie van de vervolgde christenen kijken en zien hoevelen (!) leven met de bedreiging hun vrijheid te verliezen -of deze al verloren hebben-, denkt u dan ook niet: Waarom lijden zij wel en wij niet? Zijn we beter? Heeft God ons en ons land meer lief, dat we nog in vrijheid mogen leven? Nee, we zijn niet beter dan de miljoenen Chinezen, de miljoenen mensen in de Centraal-Aziatische republieken en de landen in het Midden-Oosten. Erger. We staan schuldig tegenover God. Als de Heere naar de zonde kijkt in ons eigen land, behoren we gestraft te worden. Toch doet God dat niet. Nog niet.
Eenheid van het lichaam
Zou het kunnen zijn dat Hij ons de vrijheid schenkt opdat we die zouden gebruiken voor Zijn Koninkrijk? Opdat we als leden van één lichaam deel zouden hebben aan díé leden, die lijden om de naam van Christus? God heeft het lichaam zó samengesteld dat Hij meer eer gaf aan hetgeen gebrekkig was, opdat er geen verdeeldheid in het lichaam zou zijn, maar de leden gelijke zorg voor elkaar zouden dragen. „Als één lid lijdt, lijden alle leden mede” (1 Korinthe 12:24-26). De gemeente van Christus wordt Zijn lichaam genoemd. De functie daarvan is gelijk aan die van ons lichaam. Als ik migraine heb, beïnvloedt dat mijn hele lichaam. Ik kan dan niet normaal functioneren. Evenzo met het lichaam van Christus, zegt Paulus. Als één deel lijdt, kan het niet anders of het gehele lichaam lijdt! Anders klopt er iets niet!
Het zwijgen van de kerk
Hoe betrokken zijn we als kerken van de gereformeerde gezindte op hen die lijden om Christus’ wil? Als Jezus in Matthéüs 25 spreekt over het laatste oordeel, is een van de dingen die Hij noemt: „Ik was in de gevangenis en gij hebt Mij niet bezocht.” Zo zijn er nog wel wat schriftplaatsen te noemen die duidelijk laten zien dat het deel hebben aan het lijden behoort tot een wezenlijk element van het geloofsleven. Het zal duidelijk zijn dat het praktisch zo goed als onuitvoerbaar is om daar in de directe betekenis van het woord uiting aan te geven. Een gevangene in China, Sudan of Turkmenistan bezoeken, is zo goed als onmogelijk.
Maar er is meer. Hoe komt het dat de kerk in het Westen zo zwijgt? Verslapt is in de aandacht voor de lijdende kerk? Wanneer is er in uw gezin, in uw gemeente voor het laatst gebeden voor de lijdende kerk? De dag- en weekbladen berichten ons regelmatig, en zeker de laatste weken, over verstoringen van diensten, inbeslagname van Bijbels en arrestaties van christenen. Maar, in hoeverre raakt het ons? Het is in de Bijbel, vooral in het Nieuwe Testament, een duidelijk aandachtspunt. Is dat ook zo in ons kerkelijk leven? Leest u er wel eens iets over in de kerkelijke bladen? Staat het wel eens op de agenda van onze kerkelijke vergaderingen? Hoe gaan we om met wat er gebeurt met het lichaam van Christus in andere delen van de wereld?
Wat is ons antwoord?
”De wereld” verenigt zich in actiegroepen en komt luidruchtig op voor de mensenrechten die juist ook met betrekking tot de godsdienstvrijheid in het geding zijn. Spreek daar overheden en regeringen op aan.
Ook de politiek spreekt. De ChristenUnie en de SGP hebben naar aanleiding van de christenvervolging in Centraal-Azië recentelijk vragen gesteld aan het ministerie van Buitenlandse Zaken. Minister De Hoop Scheffer heeft dit de afgelopen week op de agenda geplaatst van de OVSE. De heer Belder heeft in het Europese Parlement tijdens het debat over de mensenrechten in Kazachstan, de vervolging van christenen in dat land aan de orde gesteld.
Maar wáár is de aandacht voor en het spreken van de kérk ten aanzien van hen die Christus volgen in de weg van het lijden? In Hebreeën 13:1-3 worden aanwijzingen gegeven die in een direct verband staan met onze verantwoordelijkheid voor hen die lijden om de naam van Christus. Hoe kunnen we aan gevangenen en anderen die lijden denken alsof wij met hen gevangen zijn, en als mensen die ook zelf in het lichaam kwalijk behandeld zijn, als wij in praktijk laten zien dat we met hen geen enkele affiniteit hebben?
Verootmoediging
Moeten we in de kerken soms méér actiegericht gaan denken? Schrijf- en gebedsgroepen oprichten zoals die bijvoorbeeld ook in evangelische kringen actief zijn?
Mijn oogmerk bedoelt meer de klopper te laten vallen op het gewéten van de kerk. Dan gaat het niet zozeer om wát we doen, maar dát we iets doen! Om in ootmoed en gebed te zoeken naar wat God van ons vraagt. Om mee te worstelen in gebed met degenen die lijden om Christus’ wil. Een meeworstelen waarin de verbondenheid voor Gods aangezicht tot uitdrukking komt. Ik hoop dat bovenstaande prikkelt tot reactie of op z’n minst reden geeft tot bezinning.
De auteur is directeur van de Stichting Friedensstimme.