De 22-jarige Imram Masih is eigenaar van een winkel in een voorstad van Faisalabad. Hij was aangeklaagd door een concurrerende winkelier, een fanatieke moslim, die beweerde dat Masih bladzijden uit de Koran zou hebben verbrand.Masih zelf zegt dat het ging om oude papieren van zijn administratie. Volgens Masihs familie en andere winkeliers hadden beide winkeleigenaren een zakelijk conflict.

Volgens een lid van de Pakistaanse Alliantie voor Minderheden (APMA) is de zaak tegen Masih er een in een lange lijst van incidenten waarbij de wetten tegen godslastering gebruikt worden om persoonlijke vetes te beslechten.

De APMA gaat Masih juridische bijstand bieden.