Kerken groeien in verpauperend Argentinië
De kerken groeien in het steeds armer wordende Argentinië. Zendeling Hans Breekveldt: „De economische crisis hier bepaalt mensen bij heel wezenlijke dingen.”
De sporen van generaal Guemes zijn in het Noord-Argentijnse stadje Salta nog duidelijk zichtbaar. Hij is de man die hier gedurende de onafhankelijkheidsoorlog een gaucholeger (bestaande uit veehoeders) samenstelde en aan het begin van de vorige eeuw zeven Spaanse aanvallen met succes wist af te slaan. De vechtlust en de wil om te overleven zijn in de tussenliggende jaren niet verloren gegaan.
Zelfs nu het land van zilver door een economische crisis is vervallen tot een arme natie, blijven de inwoners trots en standvastig. De Nederlander Hans Breekveldt is in deze streek zendeling.
Dat Argentijnen telkens weer overleven komt, volgens Breekveldt, door de grote mate van solidariteit in de maatschappij en door de hulp die organisaties in de Argentijnse samenleving en kerkelijke gemeenschappen hun bieden.
Breekveldt, verbonden aan de zendingsorganisatie Latin Link, benadrukt dat hij niet naar Argentinië is gekomen om te evangeliseren. „Daar zijn de Argentijnen zelf heel goed in. Ik ben in 1994 naar dit land gekomen op uitnodiging van de Anglicaanse Kerk om in eerste instantie les te geven op een interkerkelijke bijbelschool in Buenos Aires. Terugkijkend was het zeker geen uitweg of makkelijke oplossing om naar Argentinië te vertrekken. Voordat ik hier kwam, heb ik dertien jaar lang lesgegeven op een school voor moeilijk lerende jongeren in Londen.”
Zijn theologische graad haalde Breekveldt aan het London Bardon College in Engeland. „Daar heb ik mijn vrouw Priscilla ontmoet, die het zendingsveld van binnenuit kent. Zij is opgevoed in een zendelingengezin en geeft nu les in taal- en letterkunde op een openbare school. Hoewel wij beiden ons eigen vakgebied hebben, doen we vrijwel alles samen.”
Breekveldt werd docent aan de interkerkelijke bijbelschool in Buenos Aires en is na zes jaar uitgezonden door de Anglicaanse Kerk om zijn huidige taak als coördinator kadertraining in de zes noordelijke provincies van Argentinië te gaan vervullen. Kadertraining houdt in dat hij leidinggevenden van de kerkelijke gemeenten in deze streek vormt en toerust.
De aspirant-leiders, ook wel pastores genoemd, staan als het ware onder zijn toeziend oog. Zijn werkgebied omvat twintig stadskerken. Daarnaast heeft hij indirect nog eens ongeveer honderd ’indianengemeenten’ onder zijn hoede.
In het noorden van Argentinië vond de versmelting plaats van het Incarijk en de Spaanse cultuur. Dit is tevens de plaats waar de indianen al generaties lang oude rituelen koesteren rond Pacha Mama, de oermoeder. Het spreekt dan ook voor zich dat de culturele verschillen tussen de stadsgemeenten en de indianengemeenten enorm zijn.
Opmerkelijk is volgens de zendeling ook dat indianen bij het lezen van de Bijbel snel hun eigen conclusies trekken. „Het Woord van God passen ze helemaal toe op hun persoonlijke leefsituatie.”
De indianen in het noordwestelijk deel van Argentinië kennen van oorsprong de mythen en rituelen rond Pacha Mama. Veel indianen blijken hun geloof in deze oermoeder vast te houden en zeggen tegelijkertijd het christelijk geloof aan te hangen. Breekveldt: „Op dit moment kampen veel leden van de indiaanse gemeenten met een gespleten identiteit. Natuurlijk zijn de Indianen verwesterd, maar zij voelen de trekkracht van beide culturen: de Spaanse en de indiaanse cultuur. Ze staan midden in een spanningsveld.”
Breekveldt noemt het voorbeeld van een gebedsgenezer uit een Wichy-gemeenschap. „Deze man leefde volgens de regels van de primitieve religie, de natuurgodsdienst. Met bussen vol kwamen mensen naar hem toe om genezen te worden van hun kwalen. Op steenworp afstand stond een kerk van de anglicaanse gemeente. Die kerk had een nadrukkelijke breuk gemaakt tussen de natuurgodsdienst, het geloof in moeder aarde, en het christelijk geloof. Hoewel de pastores afstand hadden genomen van het primitieve geloof in moeder aarde, was de lokale bevolking nog wel onder invloed van Pacha Mama. Hoewel zij de Anglicaanse Kerk trouw bezochten, namen zij voor genezing hun toevlucht tot de gebedsgenezer.”
De Argentijnen verkeren momenteel in geestelijke nood. Veel kerken in Argentinië zien de huidige crisis als een ideale gelegenheid om het Evangelie te verkondigen. Opvallend is dat veel kerkgenootschappen hun krachten bundelen om hulp te bieden aan de medemens. Praktische hulp staat volgens Breekveldt voorop. „Naast goede nazorg en de juiste begeleiding, is het voor deze mensen van belang dat zij ook geholpen worden in hun materiële nood.”
De zendeling zegt niet blij te zijn met de economische crisis, ondanks het feit dat de kerken mede daardoor volstromen. „Het is een uiterst trieste situatie waarin we ons bevinden. Daar waar mensen in nood zijn, huilen en lijden wij met hen mee. Ik geloof dat de kerk op die plaatsen moet zijn waar mensen lijden. En dat is niet noodzakelijkerwijs binnen de kerk als gebouw. Deze crisis bepaalt mensen bij heel wezenlijke dingen. Als maatschappelijke structuren langzaam maar zeker afbrokkelen en in elkaar klappen, gaan mensen zoeken.”