Hamas zweert wraak voor moord op topman
De radicale islamitische Hamas-beweging heeft wraak gezworen voor de dood van Ibrahim Makadmeh. De 51-jarige medeoprichter van de Palestijnse Hamas kwam zaterdag in Gaza-stad met drie van zijn lijfwachten om het leven toen hun auto door Israëlische raketten werd getroffen. De begrafenis van Makadmeh werd door tienduizenden Palestijnen bijgewoond.
De Israëlische minister van Defensie, Shaul Mofaz, rechtvaardigde de moord op Makadmeh zondag. Hij noemde de leiders van de Hamas het belangrijkste doelwit in de strijd die Israël tegen het terrorisme voert. Leden van de Hamas zeiden op hun beurt dat ze zich nu met hun aanslagen ook op Israëlische politici zullen richten.
Israël doodde voor het laatst in augustus 2001 een belangrijke Palestijnse leider, Ali Mustafa van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina. Twee maanden later vermoordden radicale Palestijnen de Israëlische minister van Toerisme, Rehevam Ze’evi.
Makadmeh was een leidinggevende figuur binnen de militaire tak van de Hamas. Volgens Israël was hij het brein achter aanslagen die aan in totaal 28 Israëliërs het leven kostten. Zo zou hij opdracht hebben gegeven tot de aanslag op een Israëlische tank, waarbij vorige maand vier Israëlische militairen omkwamen.
De radicale Hamas-beweging is verantwoordelijk voor tal van zelfmoordaanslagen. De zelfmoordaanslag op een bus die afgelopen woensdag het leven kostte aan zestien mensen en de aanslag afgelopen vrijdag op een Joodse nederzetting, waarbij twee mensen omkwamen, zijn ook door de Hamas opgeëist. Gisteren zou Hamas vier raketten hebben afgevuurd op de Israëlische grensplaats Sderot.
De Centrale Raad van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) heeft zondag ingestemd met het voorstel van de Palestijnse leider Yasser Arafat om Mahmoud Abbas als premier aan te stellen. Abbas geldt al jaren als de nummer twee van de PLO. Hij staat te boek als een voorstander van vrede met Israël en heeft zich meer dan eens uitgesproken tegen de huidige gewapende opstand van de Palestijnen. Welke bevoegdheden de premier krijgt, zou maandag worden bepaald door het Palestijnse parlement.
Arafat staat onder zware druk van het buitenland om zijn Palestijnse Autoriteit te hervormen en een premier aan te stellen. Volgens de Palestijnse leider staat niet zijn onwil, maar de Israëlische bezetting het hervormingsproces in de weg.
De Israëlische premier, Sharon, juichte zondag de keuze van de PLO voor Mahmoud Abbas als nieuwe premier toe. Sharon wil nog wel weten welke bevoegdheden de nieuwe premier zal krijgen.
De voormalige Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Peres prees Abbas eerder al als een „verantwoordelijke man, met duidelijke intenties en standpunten.”
Defensieminister Mofaz sprak zondag op de Israëlische radio zijn tevredenheid uit over de Palestijnse hervormingsplannen, maar voegde daaraan toe dat Israël zijn vizier gericht zal houden op alle Palestijnen die bij aanvallen op Israël betrokken zijn. „De test is simpel: betrokkenheid bij terreur”, zei hij. „Geen van de terreurleiders, en in het bijzonder de Hamas, is immuun en Israël zal iedereen die betrokken is bij terreur, die anderen eropuit stuurt om onschuldige Israëliërs te doden, in handen krijgen.”
Het Israëlische leger gaat intussen door met de veel bekritiseerde sloop van huizen van Palestijnse extremisten. Militairen haalden zondag in Hebron de huizen neer van de twee Palestijnen die vrijdag een aanslag pleegden op een nabijgelegen Joodse nederzetting. Ook het huis van de Palestijn die zichzelf afgelopen woensdag opblies in een bus in Haifa werd neergehaald. In het vlak bij Jenin gelegen dorp Kabatiya sloopten militairen het huis van een strijder van de radicale Islamitische Jihad.
Volgens Palestijnen en mensenrechtengroepen schendt Israël met de huizensloop het internationaal recht. Zij zien het als een vorm van collectieve straf, omdat niet alleen de verdachte extremisten, maar alle bewoners van de bewuste huizen erdoor worden gedupeerd.