De Amerikaan Woodberry is manager hulpverlening bij rampen voor Mission Aviation Fellowship (MAF). De kleine luchtvaartorganisatie vervoert zendelingen en ontwikkelingswerkers.Het MAF-team in Haïti is momenteel volledig gericht op het ondersteunen van de hulpverlening. Woodberry kwam vrijdag aan en heeft de leiding in de MAF-hangar overgenomen.

Luchtbruggen

„Er zijn nu ineens veel meer vluchten van en voor de MAF. Daarom was er extra personeel nodig”, legt Woodberry uit. „Gisteren hebben we bijvoorbeeld veertien vluchten van en naar de hangar afgewerkt. Zo gaat dat alle dagen. Dat is veel meer dan normaal.”

De MAF probeert in Haïti „luchtbruggen” op te zetten, zowel met de buitenwereld als het binnenland van Haïti. „Onze hangar lijkt momenteel wel een warenhuis. Allerlei organisaties, zoals World Vision, hebben hier spullen opgeslagen. Om dat allemaal ordelijk te laten verlopen, is er doorlopend iemand nodig om toezicht te houden.”

De MAF-hangar staat op het vliegveld van Port-au-Prince, maar niet op het internationale gedeelte. „De veelgehoorde klacht is dat de landingsbanen en terminals te klein zijn voor zo veel vluchten met zulke grote toestellen. Maar wij zitten op een aparte baan. Daar verloopt het veel beter. We kunnen hier nog redelijk grote toestellen binnenhalen.”

Ziekenhuis

Vlak voor het gesprek gister­middag kreeg Woodberry 20.000 kilo hulpgoederen binnen. „Die werden vanuit Florida gebracht door onze partner Mission Flights International. Die vracht wordt momenteel overgeladen op een vrachtauto. Het is geloof ik voor een ziekenhuis dat door zijn voorraad heen was.”

De hulpverlening van de MAF is vooral gericht op de hoofdstad, vertelt Woodberry. „Maar we verzorgen ook vluchten naar het binnenland. Er zijn plaatsen hier in de omgeving die over de weg heel moeilijk te bereiken zijn. Daar vliegen wij naartoe. Een grasbaan van zo’n 700 meter is al genoeg voor ons om te landen.”

De vloot van de MAF in Haïti bestaat uit drie kleine Cessna’s. „Normaal is dat meer dan genoeg om een paar mensen en wat spullen rond te vliegen. Maar er is nu zo veel meer vraag naar vluchten, en dan vooral ook van goederen. Daarom hopen we later deze week ook een Kodiak te kunnen inzetten. Die kan negen mensen vervoeren en ook nog eens 1500 kilo vracht meenemen.”

Wonden

Woodberry moet sterk terug­denken aan de aardbeving in Pakistan in 2005. „Zelfs vijf dagen na de ramp lopen mensen nog met onbehandelde wonden rond. Zo veel vraag is er naar medische zorg. Maar er gebeuren ook veel goede dingen. Overal wordt de klok rond gewerkt.”

Op een vluchtig bezoek aan de stad na is Woodberry steeds in de hangar geweest. „Doorlopend komen er vluchten binnen die ik moet helpen. Het zou weinig helpen als ik de stad in zou gaan om foto’s te maken.”