„Pinehas voorloper van religieuze terrorist”
Met zijn jongste pennenvrucht bindt Paul Cliteur opnieuw de strijd aan met religieuze terroristen die het recht in eigen handen nemen.
De filosoof, columnist en publicist hoopt dit voorjaar een nieuw boek uit te brengen, met als titel ”Het monotheïstisch dilemma. De theologie van het terrorisme”. Dinsdag presenteerde Cliteur in een boekhandel in Amsterdam voor zo’n 25 belangstellenden alvast de hoofdlijn. In zijn nieuwste werk trekt hij de lijnen uit zijn vorige boek, ”Moreel esperanto”, door en zoekt hij in Bijbel en Koran naar theologische wortels van religieus geweld.Volgens Cliteur kunnen aanhangers van een monotheïstische godsdienst voor een dilemma komen te staan. „Enerzijds oriënteren zij zich op de bevelen van God, anderzijds zijn zij deel van deze wereld, met zijn eigen burgerlijke wetten. Als die twee dingen niet met elkaar sporen, ontstaat een conflict.”
Dit conflict tussen goddelijke bevel en maatschappelijke wetten komt met name aan de dag in het religieuze terrorisme, zo zegt de hoogleraar uit Leiden. „Hier neemt men in Gods naam het recht in eigen handen.”
Voorbeelden hiervan zijn volgens Cliteur de mislukte aanslag op een vliegtuig door Abdul Mutallab met Kerst en de moord op de omstreden abortusarts George Tiller in juni vorig jaar.
Hij pakt een Bijbel en slaat hem open bij Numeri 25: „Ik lees hier dat Israël andere goden heeft gediend en gestraft moet worden. Maar omdat Mozes dat niet direct doet, neemt Pinehas het recht in eigen hand. Hij steekt zijn speer in een man en een vrouw die Gods gebod overtraden en de plaag houdt op. In deze Pinehas zie ik de voorloper van de hedendaagse religieuze terrorist.”
Pinehas is iemand die al in dit leven Gods wil voltrekken wil, om de samenleving te beschermen, zegt Cliteur. „En dat is precies de kern van het religieuze terrorisme. Dat is waar het Abdul Mutallab en Scott Roeder, verdacht van de moord op de abortusarts, om gaat.”
Pinehas komt echter wel in conflict met wat tegenwoordig de grondwet is, aldus Cliteur. „Volgens artikel 6 heeft iedereen het recht het godsbeeld van zijn keus te koesteren. Dat wordt door Pinehas niet erkend en dat is dramatisch voor een democratische rechtsorde.”
De schrijver wordt onderbroken: In Numeri 25 is er toch nog geen sprake van een rechtsorde of overheid? Neemt Cliteur de context wel serieus? „Ik wil alleen de Schriftuurlijke voorloper van het religieuze terrorisme in het vizier krijgen. Het gaat erom dat Mozes hier opzij wordt geschoven door een anarchist. Ik zie daarachter een ethische theorie die Gods wil boven alles laat gaan, ook boven het burgerlijk recht. Pinehas handelt op grond van ordinaire jaloezie van zijn God.”
Het is een „romantische opvatting” om te denken dat de religieuze ethiek door profetische kritiek steeds humaner wordt, aldus Cliteur, zelf atheïst. „Elders in de Bijbel wordt wel vanuit een „hogere ethische standaard” gehandeld, maar de motor van deze morele evolutie is niet de profetische kritiek op misstanden. Mensen gingen zelf nadenken en raakten vanuit hun morele autonomie in discussie met God. Kijk maar naar Abraham die pleit voor Sodom: hij plaatst hardop vraagtekens bij Gods wil.”
Of een atheïstische ideologie niet evenzeer tot geweld kan leiden? Cliteur: „Stalin is inderdaad een voorbeeld van atheïstisch geweld. Maar dat is niet inherent aan het atheïsme. Binnen het echte atheïsme blijf je in principe altijd in een redelijk gesprek.”
De hoogleraar hoopt met zijn nog te verschijnen boek te laten zien dat hij niet iemand is die „altijd de godsdienst bekritiseert.” Hij wil de monotheïstische godsdiensten naar eigen zeggen ook een dienst bewijzen.
„Misschien kan ik wijzen op mogelijke aanwezige aanknopingspunten voor geweld. Het christendom verschilt wel van de islam: er is veel minder christelijk geweld. Toch hebben deze godsdiensten gezamenlijke wortels in mensen als Pinehas. Ik probeer mensen die een vliegtuig kapen, vanuit de Bijbel te begrijpen.”