„Rotterdams college te blij met zichzelf”
Het Rotterdamse college van burgemeester en wethouders maakt nog niet de helft van de ambities waar die het zich de afgelopen vier jaar ten doel heeft gesteld. Dat schrijft de Rotterdamse rekenkamer in zijn vrijdag gepresenteerde rapport ”Resultaten geteld”.
Het college gaf eerder te kennen trots te zijn op 44 van de 56 doelstellingen die het naar eigen zeggen volledig of voor meer dan 80 procent heeft verwezenlijkt.Volgens de rekenkamer is dat een veel te zonnig beeld. De rekenkamer houdt het op 47 procent. Twintig procent van de doelstellingen is bijna gehaald en 16 procent niet. Dat geldt onder meer voor doelstellingen op het gebied van veilig ondernemen en het bevorderen van de autobereikbaarheid van de binnenstad, aldus de rekenkamer.
Slechts bij vier van de negen niet behaalde doelstellingen speelde de economische crisis een rol. Van 16 procent van de door het college beoogde resultaten kon de rekenkamer de juistheid niet vaststellen. Deze resultaten gingen vooral over veiligheid.
Volgens de rekenkamer heeft het college in zijn verantwoording een aantal resultaten positiever ingekleurd dan op basis van de onderliggende gegevens kan worden vastgesteld. Ook heeft het college niet inzichtelijk gemaakt welke mogelijke gevolgen de economische crisis heeft voor het realiseren van de gestelde doelstellingen.
Hoewel het college de meeste conclusies van de rekenkamer onderschrijft, verschilt het van mening met de rekenkamer over het aantal behaalde doelstellingen. Het college komt tot een positiever oordeel.