Internaten varen onder één vlag verder
De reformatorische schippersinternaten De Driemaster in Krimpen aan den IJssel en Eben-Haëzer in Dordrecht gaan vanaf vandaag samen verder. De vlag die de lading dekt is Stichting Limena: ”veilige haven”.
Het teruglopend aantal schipperskinderen in Nederland –van 3000 vroeger naar 1000 nu– vormde voor twee van de drie reformatorische schippersinternaten, De Driemaster in Krimpen aan den IJssel en Eben-Haëzer in Dordrecht, de aanleiding te fuseren. De derde, De Merwede in Werkendam, bleef buiten het samenwerkingsverband.Van Vliet, algemeen directeur van Limena, noemt als voordelen van de fusie de gezamenlijke voedselinkoop, onderlinge personeelsuitwisseling en meer inbreng bij de overheid. Limena blijft ook locatiedirecteur in Krimpen. Beide locaties behouden eigen directie en naam.
Naast de vermindering van het aantal schipperskinderen in Nederland is er nog een reden voor de terugloop op internaten. Van Vliet: „Schippers hebben goede jaren achter de rug. Door het aannemen van een matroos kon hun vrouw aan wal blijven.” Overigens heeft ook zelf opvoeden nadelen voor de moeder. „Zij staat er de hele week alleen voor.”
Niet makkelijk
Toch is het niet makkelijk voor ouders te besluiten hun kind(eren) op een internaat te doen. „Soms twijfelen ouders nog bij het aanmelden of ze er wel goed aan doen”, aldus Van Vliet.
„Ik was zes toen ik hier kwam”, zegt Gerdien (9) verlegen. Zij en andere schipperskinderen kwamen pas in groep 3 voor het eerst met school in aanraking. Vóór hun komst op het internaat leefden ze in de eigen wereld van het ouderlijke schip.
„Nu zien we onze ouders bijna ieder weekeinde, en natuurlijk in de vakanties”, vertelt Nico (13). „Soms zijn ze te ver weg, dan logeer ik bij mijn opa en oma”, zegt Geert (11). Het ene kind ziet zijn ouders vaker dan het andere. Corine (7): „Soms komt mama langs om koekjes te brengen.” Nico’s ouders bellen regelmatig. „Minimaal twee keer per week.”
Of ze hun ouders wel eens missen? „Natúúrlijk niet”, verzekert Tobias (13). „Het is enorm gezellig in onze groep.” Nico: „Soms is het wel minder fijn, maar echt heimwee had ik alleen in het begin.” De jongens bezien het internaatleven vooral van de vrolijke kant: „Ik heb wel eens heimwee, maar er zijn veel leuke dingen hier, zoals voetbalcompetities”, zegt Geert.
Opvang
De regering spoort de schippersinternaten aan in de toekomst bredere activiteiten te ontplooien. „Binnen enkele jaren komt er waarschijnlijk ruimte in het gebouw vrij die we zouden kunnen benutten voor de opvang van al dan niet reformatorische zorgjongeren. We verkennen momenteel de mogelijkheden”, aldus Van Vliet.
Van leegstand is in De Driemaster nu nog niets te merken. In het gebouw is van alles te beleven: kinderen spelen driftig tafeltennis en draaien geconcentreerd aan de stokken van een voetbaltafel. In de woonruimtes van hun eigen woongroep bouwen kinderen havens van lego of spelen orgel. Boven laat Geert bereidwillig zijn kamer zien. De grote kast blijft echter op slot. De bewaarplaats van de sleutel houdt hij liever geheim.