Geen statische visie op predestinatie bij Dordt
De Dordtse Leerregels vertonen geen statische visie op verkiezing en verwerping, reageert dr. C. A. van der Sluijs op prof. dr. W. Balke (RD van 29 december).
Dr. W. Balke stelt in een interview naar aanleiding van Calvijns traktaat ”Over de eeuwige voorbeschikking Gods” dat de leer van de dubbele predestinatie bij Calvijn neigt naar een gelijkstelling van verwerping en verkiezing, en dat hij daarmee „wellicht” een theologische grens over is gegaan. Voorts zouden de Dordtse Leerregels een steeds statischere opvatting van de predestinatie in de hand hebben gewerkt, die zich uiteindelijk nauwelijks meer onderscheidde van het klassieke noodlotsdenken.Met alle waardering voor dr. Balke meen ik toch met name op dit laatste punt met hem van mening te moeten verschillen. Het misbruik van Dordt heft het gebruik niet op!
Tijdens de Nationale Synode van Dordrecht (1618-1619) hadden de remonstranten vooral een groot bezwaar tegen de leer van de verwerping. Daarom wilden zij dat deze als eerste behandeld zou worden. De synode ging niet in op dit voorstel in en stelde in de leerregels de verwerping vooral voor als een voorbijgaan. Nadrukkelijk stelde zij dat de verwerping niet geschiedt uit willekeur, maar naar het rechtvaardig oordeel van God.
Deze wijze van voorstelling had de goedkeuring van de remonstranten niet. Toch verklaart Dordt nadrukkelijk dat het hier de verwerping ziet als een rechtvaardig oordeel van God. Gods oordeel over de zonde gaat over allen. Allen hebben dan ook de eeuwige dood verdiend. Dat niet allen deze straf ontvangen, is een bijzondere gunst, die God aan niemand schuldig is.
Gloria Dei
Wie hier begint te redeneren, die heeft wellicht nooit gezwegen onder het recht Gods. Daarom beschouwt Dordt de verwerping als de keerzijde van de verkiezing en beslist niet als een op zichzelf staande locus in de dogmatiek. Er is hier dan ook geen sprake van een logische en systematische afronding, maar van een doxologische (op de lofprijzing gericht) belijdenis. God komt aan Zijn eer, zowel in het zalig worden als in het verloren gaan van zondaren. De christologie staat bij Dordt in navolging van Calvijn in het kader van de theologie van de gloria Dei (de eer van God).
Dat het calvinistische Dordt het ”voorbijgaan” met zoveel woorden expliciteert als ”verwerping”, is vooral te wijten aan de oppositie van de remonstranten. Calvijn had reeds te maken met velen die de verkiezing leerden maar van de verwerping niet wilden weten. De humanist Calvijn verzandde echter geenszins in de humaniteit. En de Dordtse Leerregels verdorren niet in de scholastiek. Daarom verdorren zij ook niet qua thematiek.
Als dr. Balke meent de verwerping van eeuwigheid niet te kunnen herleiden tot het Schriftgetuigenis, dan wijs ik op het Bijbelse Godsbeeld van de eeuwige rechtvaardige en barmhartige God, Die tot ons spreekt met de beide lippen van Wet en Evangelie. Het eeuwige Woord is bepalend voor het eeuwige antwoord.
Laten wij zuinig zijn op Dordt, want dit belijdenisgeschrift is vandaag actueler dan ooit.
De auteur is hervormd emeritus predikant.