Dorenbos: Eenvoudig gesprek redt kind
Voor de zeventiende keer zullen tegenstanders van abortus zaterdag in Amsterdam de Mars voor het Leven lopen. Onder extra politiebescherming. Initiatiefnemer Bert Dorenbos: „Als je aan het leven komt, haal je het oordeel over je heen.”
Voor Dorenbos, directeur van Schreeuw om Leven, is het glashelder: de abortuspraktijk in Nederland heeft een „rechtstreeks verband” met het verval van waarden en normen in Nederland. „Ik ervaar hoe langer hoe meer dat de abortuspraktijk de fundamenten onder de samenleving wegslaat. Als je aan het leven komt, als je een kindje in de moederschoot uiteenrukt, haal je het oordeel over je heen.”Komende zaterdagmiddag vanaf twee uur zullen de prolifebetogers in Amsterdam van de Dam naar de Keizersgrachtkerk lopen. Onder anderen zullen Feike ter Velde van Stichting Het Zoeklicht en Arjan Baan van Stichting Heart Cry spreken.
Niet alleen ouders van een geaborteerd kind, ook broertjes en zusje ondervinden psychische moeiten, stelt Dorenbos. „Wij merken steeds meer dat deze overlevenden van de abortusholocaust problemen krijgen. Ze vragen aan hun ouders: „Waarom hebben jullie mij wel geboren laten worden?” Siebrich Hoekstra van Silent no More, een organisatie van vrouwen die abortus onderging en daar problemen mee kregen, vertelt in het openbaar dat ze schuldgevoelens kreeg en depressief werd na een abortus. Ze besefte dat ze haar kindje had vermoord. Ze moest ook haar zoontje vertellen over de abortus. Die zei: „Waarom ben ik er dan wel?”
Meneer Dorenbos, hebt u het gevoel dat u met uw strijd tegen abortus vecht tegen de bierkaai?
„Nee. Jezus roept op om te volharden in de liefde. Deze week had ik nog een meisje van 19 aan de telefoon. Ze dacht dat wij een abortuskliniek waren. Ze was blij met het gesprek. Met een eenvoudig gesprek is een kindje gered. De meeste vrouwen willen helemaal geen abortus. Een kwart van hen wordt door de man gedreven. Die dreigt bijvoorbeeld de relatie te verbreken.”
Directeur Henk van Rhee van Tot Heil des Volks kondigde onlangs aan voor het eerst mee te lopen uit protest tegen groeiende onverdraagzaamheid jegens christenen.
„Ik ben heel blij dat hij die stap heeft gezet. Hij is het prototype van heel veel christenen die vreemd aankijken tegen een demonstratie van Schreeuw om Leven. Zoiets doe je toch niet. Terwijl abortus een demonische aanval op de mensheid is.
Ik vind dat predikanten en voorgangers te veel zwijgen over abortus. Het is al zo lang zo stil. Dat is voor ons een grote zorg. Hoeveel flyers hebben we al niet verspreid? De Dam zou toch vol moeten staan met mensen die meelopen in de mars. Daar vast ik voor, daar bid ik om. Moge de Heere een opwekking geven.
Wij hebben ook gezondigd. Abortus gaat de evangelische en reformatorische kring niet voorbij. Ik weet van ouders die hun kind uit schaamte over een zwangerschap naar een abortuskliniek sturen. Tijdens lessen op reformatorische scholen merken we dat docenten met de handen in het haar zitten als het gaat over seksualiteit bij jongeren. De kerk haalt de hoererij binnen, als samenwonen en seks voor het huwelijk worden toegestaan.”
Vorig jaar liep het uit op ongeregeldheden bij de Mars voor het Leven in Amsterdam. De politie arresteerde drie tegendemonstranten. Bent u bang?
„Nou nee. We hebben al van alles meegemaakt. Vanaf het moment van invoering van de Wet afbreking zwangerschap in 1980 is er een sterke confrontatie tussen voor- en tegenstanders. Het is natuurlijk heel erg dat dit kan uitlopen op geweld.
Vorig jaar werd het in Amsterdam te dol. We hebben de afgelopen tijd gesprekken gehad met de politie en de gemeente. Er zal zaterdag meer politie zijn dan vorig jaar. Er is mobiele eenheid achter de hand. Daar ben ik blij om.
Aan de ene kant is het fantastisch dat de politie ons extra beveiligt, aan de andere kant is het tragisch dat zoiets nodig is.”
Tegenstanders van abortus voeren een geestelijke strijd, daar is Dorenbos van overtuigd. „Tegen ons wordt gezegd: Jullie christenfanaten, we blijven jullie haten.
De proabortusbeweging doet een ideologische aanval tegen God. Wij moeten diep medelijden met die mensen hebben, we moeten voor hen bidden.”