Putten niet bang voor potlood
Het stembureau vormt een onmisbare spil tijdens de gemeenteraadsverkiezingen. Het is verantwoordelijk voor een ordelijk verloop van de kiesdag en voor de –handmatige– telling van de stemmen. In Putten zijn ze niet bang voor het rode potlood. „We hebben goede ervaringen opgedaan tijdens de verkiezingen voor het Europees Parlement.”
Verspreid over de gemeente Putten staan achttien stemlokalen waarin ruim 17.000 burgers hun stem mogen uitbrengen. „De ruimtes bevinden zich vooral in scholen en kerkelijke centra”, zegt Ida Korten-van de Wereld (55), senior medewerker burgerzaken en coördinator van de verkiezingen. „De locaties zijn allemaal aangeschreven, zodat bijvoorbeeld scholen hun lesprogramma die dag kunnen aanpassen.”Het is niet de enige voorbereiding die nodig is voor de verkiezingen van 3 maart 2010. De achttien stemlokalen hebben ook leden nodig. Korten: „We stellen een lijst samen van stembureauleden. We willen er op elke locatie zes hebben, zodat twee groepen van drie mensen elkaar kunnen afwisselen om even te rusten of een hapje te eten. Na sluiting van de stembureaus –om 21.00 uur ’s avonds– komen de zes leden bij elkaar, zodat ze gezamenlijk de stemmen kunnen tellen.”
Dat hapje eten, hoe zit het daar eigenlijk mee? „De gemeentebode brengt alle stembureauleden iets lekkers voor bij de koffie, evenals voorverpakte broodjes”, zegt Korten. „Voor het avondeten kunnen de leden voor een warm buffet terecht in de brandweerkazerne.”
Volgens Korten is het niet altijd gemakkelijk om voldoende stembureauleden te krijgen. „In elke groep van drie man zit een ambtenaar. Naast hem of haar wil je niet twee onervaren mensen neerzetten. Het juist evenwicht vinden is soms een hele zoektocht.”
Als de stemlokalen om 21.00 uur sluiten, gaan de bussen open. De stembiljetten worden eerst opengevouwen, vervolgens op partij gesorteerd en daarna per partij geteld.
„Die eerste, voorlopige uitslag bellen de stembureaus door naar het gemeentehuis”, zegt Korten. „De laatste zal ongeveer rond middernacht binnen zijn. Op kandidaatniveau verwacht ik de uitslagen tegen twee uur ’s nachts.” De spanning in de centrale hal van het gemeentehuis zal volgens de Korten te snijden zijn.
„De uitslag per partij kan steeds wisselen, omdat het tijdstip waarop de stembureaus de uitslagen doorbellen verschilt. De een is immers sneller klaar met tellen dan de ander. Door het rode potlood is het veel meer mensenwerk.”
Is dat mensenwerk niet juist het gevaar van de komende verkiezingen?
Korten: „De stembureauleden brengen nauwkeurig verslag uit van het totaal uitgebrachte geldige aantal stemmen, evenals het aantal blanco en ongeldige stembiljetten.
Dat aantal moet weer corresponderen met de hoeveelheid stempassen die in het stembureau zijn afgegeven. Toegegeven, er kunnen fouten worden gemaakt, maar het hele proces van tellen is veel transparanter dan de telling per computer.”
Putten wil ook niet op korte termijn terug naar het stemcomputertijdperk. „We hebben veel geïnvesteerd in stemhokjes en duurzame scheidingswandjes. Hoe je het ook wendt of keert, het is natuurlijk wel treurig dat we in Nederland kennelijk niet in staat zijn om een kiessysteem te ontwikkelen dat transparant en tegelijk fraudebestendig is.”
Dit is de vierde aflevering in een serie over de voorbereidingen voor de gemeenteraadsverkiezingen in 2010.