Een dag geen e-mail
Het is vandaag de e-mailloze dag. Althans, dat is de bedoeling. Veel mensen zullen het verschil met gisteren niet merken. Hun elektronische postbus zit net zo vol als anders. Het doet denken aan de autoloze zondag. Prima idee, maar het aantal navolgers is uiterst beperkt.
Het is de tweede keer dat de e-mailloze dag in Nederland en België wordt gehouden. Het initiatief komt van de 42-jarige Belg Gunnar Michielsen. Hij vindt dat we met z’n allen bewuster met e-mail moeten omgaan. Daar heeft hij een punt mee.E-mail veroverde in verbazend korte tijd een niet meer weg te denken plaats in de samenleving. Een substantieel deel van onze communicatie verloopt niet meer via de telefoon, laat staan de post, maar via de digitale snelweg. E-mail is snel, goedkoop en je kunt het op alle tijden van de dag wereldwijd versturen en lezen. Wie ondanks deze voordelen bekent geen mail te hebben, wordt meewarig aangekeken.
Lastige zaken kunnen soms beter via de mail dan in een persoonlijk gesprek worden aangekaart. De zender kan zijn woorden drie keer zorgvuldig afwegen, de ontvanger hoeft er niet direct op te reageren. Toch is de e-mail niet alleen rozengeur en maneschijn.
Hebben mensen bij het schrijven van een brief nog het gevoel dat die er taalkundig en stilistisch correct uit moet zien, bij de e-mail is dat besef totaal verdwenen. Mails waarbij je struikelt over de taal- en tikfouten zijn we normaal gaan vinden. Dat dit niet erg bevorderlijk is voor een stijlvolle manier van communiceren, is een open deur.
E-mail is verslavend. De brievenbus in de deur prikkelt slechts één keer per dag onze nieuwsgierigheid, het elektronisch postvak doet dat de hele dag. Voor het naar bed gaan nog even de mail lezen is voor velen een vast ritueel geworden.
Het medium is opdringerig. De zender verwacht eigenlijk per omgaande een reactie. Wie even wacht met z’n antwoord kan een ongeduldige tweede mail verwachten. Zo kan het medium een communicatieterreur worden, waar mensen gestrest van raken. De term excessief e-mailen spreekt boekdelen. In dat woord zit iets heel griezeligs.
De mail verleidt mensen makkelijk tot stevige, opgefokte woorden die ze in een persoonlijk gesprek niet snel zullen gebruiken. Ze hoeven de ontvanger niet recht in de ogen te kijken, want die zit onzichtbaar en op veilige afstand aan de andere kant van de snelweg. Daardoor durven ze een broek aan te trekken die net een maat te groot is.
Hoeveel iemand privé mailt, is in zekere zin zijn eigen keus. Voor bedrijven geldt dat een overdaad aan mail tot financiële schade leidt. Als werknemers een groot deel van de dag bezig zijn hun elektronische post af te handelen, gaat er iets niet helemaal goed. Anderen spinnen daar overigens goed garen bij. Het aantal bureaus dat trainingen verzorgt voor het afkicken van de mail groeit als kool. Zo houden we elkaar aan het werk.
E-mail is een fantastisch medium, maar vraagt om kritisch gebruik. Zeker omdat door de komst van blackberry’s en iPhones de drempel om te mailen nóg lager wordt.