Werkdruk omlaag door kleinere klas
Het verkleinen van de klassen in de onderbouw van de basisscholen heeft succes. Er is meer aandacht gekomen voor de individuele leerling en de werkdruk voor leerkrachten is afgenomen. De wachtlijsten voor het speciaal onderwijs daalden vorig jaar spectaculair.
Minister Van der Hoeven van Onderwijs heeft dat maandag aan de Tweede Kamer gerapporteerd. De gemiddelde groepsgrootte was in 2002 20,9 leerlingen. Doordat scholen naast de leerkracht ook ander personeel inzetten, zoals onderwijsassistenten, vakleerkrachten en remedial teachers ligt het gemiddeld aantal kinderen per leerkracht nog twee lager.
Vijf jaar geleden is het project ”groepsgrootte en kwaliteit” van start gegaan. Vóór de start van het project was de gemiddelde groepsgrootte in de onderbouw 23,7.
Het verkleinen van de groepen leidt niet automatisch tot een kwaliteitsverbetering van het onderwijs. Daarom is tegelijkertijd gewerkt aan andere maatregelen, zoals tussendoelen voor rekenen en taal en de ontwikkeling van een geautomatiseerd leerlingvolgsysteem. Ook zijn er meer personeelsleden in de school gekomen, zoals onderwijsassistenten en zij-instromers. Het project klassenverkleining kost in totaal ruim 630 miljoen euro per jaar.
Tot nu toe zijn scholen verplicht het geld te besteden in de eerste leerjaren van het basisonderwijs. Daar wil minister Van der Hoeven verandering in aanbrengen. Ze heeft een wetsvoorstel ingediend waardoor scholen met ingang van het volgende cursusjaar het geld ook kunnen besteden in de bovenbouw. Het is twijfelachtig of die datum haalbaar is.
In het jaar 2002 is het aantal leerlingen op een wachtlijst voor het speciaal basisonderwijs afgenomen met bijna 25 procent. Ook het aantal samenwerkingsverbanden (waarin basisscholen en een school voor speciaal onderwijs samenwerken) met een wachtlijst is verkleind.
De daling komt na een jaar waarin er een forse stijging was opgetreden. Op 1 oktober 2002 wachtten 475 leerlingen op plaatsing, op 1 oktober 2001 en 2000 waren dat er respectievelijk 620 en 500.
Volgens de onderwijsinspectie zijn de wachtlijsten mede zo hoog omdat er een tekort aan leerkrachten is in het speciaal onderwijs. Het is in deze sector moeilijk om de vacatures te vervullen en het kortdurend ziekteverzuim op te vangen.
Om de instroom van personeel in het speciaal basisonderwijs te bevorderen neemt het ministerie specifieke maatregelen. Nieuw en zittend personeel krijgt begeleiding om uitval door ziekte te voorkomen.