Rusland heeft zijn eigen crisis
Twee rood-witte fabriekspijpen blazen onafgebroken grijze rook uit over Kamensk-Oeralski. Op de achtergrond doet een andere net zo hard mee. Boven de ingang van deze metaalfabriek hangt een spandoek waarop staat dat de fabriek zeventig jaar geleden is opgericht. Kamensk-Oeralski kent nog twee van dit soort Sovjetfabrieken.
Fabrieken als in deze Russische industriestad zijn door het hele land te vinden. Maar als het aan president Dmitri Medvedev ligt, is het afgelopen met hun voorname rol. Vorige week hekelde hij in zijn jaarlijkse toespraak, en eerder in september in zijn artikel ”Rusland, voorwaarts!”, de Russische economie, die volgens hem is gebaseerd op het Sovjetsysteem en te veel leunt op zware industrie en grondstoffen.Gebreken die onder Medvedevs voorganger Vladimir Poetin nauwelijks naar voren kwamen. Die werden verbloemd door de sterk groeiende economie. Sinds 2000 nam die toe met gemiddeld 7 procent. Gedragen door de stijgende olie- en gasprijs en de bestedingsdrift van de Russen kon het niet op.
Vorig jaar ging het mis. De olie- en gasprijs daalde. De sector zelf zat op zijn toppunt en kon niet verder groeien. De consumentenuitgaven kwamen tot stilstand.
De klap komt hard aan in Rusland. De Wereldbank verwacht over heel 2009 een economische krimp van 8,7 procent. Volgens dezelfde organisatie loopt de werkloosheid aan het eind van dit jaar op naar 13 procent en leven meer Russen onder de armoedegrens. Dit jaar groeit dat aantal met 7,85 miljoen naar 25 miljoen mensen, 17,7 procent van de bevolking.
De huidige crisis toont de tekortkomingen aan van de Russische economie. Die kent geen risicospreiding. Met de verdiende honderden miljarden roebels is te weinig gedaan de afgelopen jaren. Geen investeringen in onderwijs, infrastructuur, gezondheidszorg en geen innovaties. Het ging vooral om het maken van meer winst. Hervormingen konden wel even wachten.
In zijn toespraak zei Medvedev dat verandering nodig is. Hij pleit voor modernisering van de Russische economie. Hij droomt van een Rusland met een vooruitstrevende en gediversifieerde economie die het niet alleen moet hebben van olie en gas, maar ook van duurzame en nucleaire energie, medische industrie, ict en ruimtevaartindustrie.
Maar er moet meer gebeuren. Voor een aantrekkelijk economisch klimaat moet een einde komen aan de bureaucratie en corruptie en moet Rusland een rechtsstaat worden. De Russische economie moet open worden en er moet meer concurrentie tussen bedrijven ontstaan.
Of het zover komt, is de vraag. Een elite bestaande uit politici en oligarchen, die in elkaar verstrengeld zijn, heeft de machten rijkdommen van het land inhanden. Elke verandering zal hun positie aantasten. Het Kremlin zelf gaat pijnlijke hervormingen uit de weg. De regering vreest maatschappelijke onrust, die kan ontstaan uit onvrede over de economische crisis. Moskou is daarom vooral bezig met het handhaven van sociale stabiliteit. Het beleid komt neer op ad-hocbeslissingen.
Zoals in Toljatti, een stad aan de Wolga met 700.000 inwoners. Zij leven van de autofabriek Avtovaz, waar Lada’s worden geproduceerd. De fabrikant zit in diepe schulden en heeft massaontslagen aangekondigd. Inwoners gingen uit protest de straat op. Het Kremlin is druk bezig om de fabriek van de ondergang te redden. Maar naar een kleinere stad als Kamensk-Oeralski kijkt Moskou nauwelijks om.
Volgens de Wereldbank is de Russische economie zich langzaam aan het herstellen. Niet door Russische inbreng, maar dankzij een wereldwijde groeiende vraag en een hogere olie- en gasprijs.
Dit is het tweede deel van een tweeluik over de Russische economie.