Lachen om de dood
In de Leidse Schouwburg heeft koningin Beatrix afgelopen week op theatrale wijze de dood onder ogen gezien. Ze was aanwezig bij de première van ”De Afscheidsmonologen”, een voorstelling met humoristische en ontroerende verhalen over de dood.
Tal van bekende Nederlanders –schrijvers, acteurs en cabaretiers– hebben voor de voorstelling een persoonlijk verhaal over de dood geschreven. De dood als verschijnsel, als onomkeerbare feitelijkheid, komt aan de orde, maar ook het aftakelingsproces van de mens en het leven na de dood komen aan bod. Ook trends en rituelen rond het sterven krijgen aandacht. „Want er kan en mag om de dood gelachen worden”, volgens producent Bos Theaterproducties. Na de première in Leiden toert het toneelstuk tot en met 16 februari door heel Nederland.De omgang met de dood zegt iets over de samenleving. Enkele eeuwen geleden maakte de dood deel uit van het openbare leven, stond er zelfs op de voorgrond. Het was een tijd dat ouders het grootste deel van hun kindertal naar het graf moesten brengen. Met de industriële revolutie, de verbetering van de gezondheidszorg en hygiëne trok de dood zich langzaam terug uit het openbare leven. Zeker in de naoorlogse tijd leek de dood te verdwijnen naar het rouwcentrum en de begraafplaats.
In de huidige westerse samenleving, die afrekent met tal van taboes, is er een opleving van aandacht voor de dood. De oorzaak daarvan zal ongetwijfeld met veel zaken te maken hebben, maar onmiskenbaar vervulden ook de moderne speelfilm en de computerspellen daarbij een rol. Mensen krijgen zo veel doden op hun netvlies, dat er wel een relativerende kracht van uit moet gaan. Het woord sterfgeval kan steeds letterlijker genomen worden: geval.
Daarnaast zijn er de toegenomen aandacht en ruimte voor emoties. Gevoelens moeten worden verwerkt en vragen om eigen rituelen. Het zijn juist die rituelen die aandacht trekken. De uitvaartbranche start vandaag met een online-tv-kanaal over „de wereld van begraven en cremeren.” De kijker „kan mee op ontdekkingsreis langs de vele vernieuwende mogelijkheden die de uitvaartbranche te bieden heeft.” Te beginnen met het uitvaartvervoer: traditionele rouwauto’s in allerlei kleuren, uitvaartkoetsen, motoren, boten en zelfs een uitvaartkoe Leentje. De volgende aflevering gaat over kisten en lijkwades.
Om de dood bespreekbaar te maken, als aanknopingspunt voor het Evangelie toerde de EO door het land met een doodskist op de auto. Het onderwerp is weer helemaal terug in de samenleving.
In de kunst heeft de dood altijd een prominente plaats ingenomen. Op schilderijen, in de beeldhouwkunst, in poëzie en op het toneel waren leven en dood aan de orde van de dag. Vooral het Memento mori (Gedenkt te sterven) kreeg gestalte. In de verbeelding stonden meestal afschuw over de dood, ontroering en meelijden met nabestaanden of de heroïek van de heldendood centraal.
Hedendaagse kunst verbeeldt het onderwerp op een hedendaagse manier. Een opvallende abri, in de vorm van een schedel, zorgde voor ophef in Dordrecht. De Amerikaanse schrijver John Updike schreef op de dag van zijn sterven een gedicht over zijn dood; „mijn overlijden overtijd.” In het werk van de Britse kunstenaar Damien Hirst staat de dood centraal. Zijn schedel, bezet met 8601 briljanten, baarde opzien.
Het cabaret sluit zich aan bij de nieuwe trend. Humor is altijd een instrument geweest om dingen onschadelijk te maken. Daarom moet er om de dood gelachen worden. De omgang met de dood zegt iets over de samenleving. Na de ernst van het leven moet ook de ernst van de dood sneuvelen.