Kritische PKN-synode toch akkoord met doopgedachtenis
De generale synode van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) heeft de notitie over doopgedachtenis, ondanks forse kritiek, met slechts enkele stemmen tegen aangenomen. De Dienstenorganisatie van de kerk gaat nu op zoek naar rituelen die doopgedachtenis in de eredienst mogelijk moeten maken.
Op de eerste van drie zittingsdagen van de generale synode van de Protestantse Kerk in congrescentrum de Werelt in Lunteren werd er direct al stevig gediscussieerd over doop, doopvernieuwing en doopgedachtenis. Op tafel lag een notitie waarin de Dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk wordt opgedragen te zoeken naar rituelen ter gedachtenis van de doop.Dr. P. J. Visser, voorzitter van de Raad van Advies voor het Gereformeerd Belijden (RAGB) in de Protestantse Kerk, zei te begrijpen dat mensen die na een lange tijd weer naar de kerk komen, er behoefte aan kunnen hebben dit moment te markeren. Zij zullen volgens hem echter een ritueel voor doopgedachtenis onvoldoende vinden. De RAGB voelt dan ook meer voor het uitspreken van een geloofs- of schuldbelijdenis, als er sprake is van het „verzaken van trouw aan God en de gemeente.”
De commissie van rapport –een college van synodeleden dat rapporten die op vergaderingen besproken worden vooraf beoordeelt– kwam met een verdeeld advies aan de kerkvergadering. De meerderheid van de commissie –zes van de acht leden– presenteerde een tegenvoorstel tegen de notitie die op tafel lag, terwijl een minderheid zich wel in de notitie kon vinden.
Mevrouw ouderling S. Hiebsch (Amsterdam) verwoordde de bezwaren van de meerderheid van de commissie. Die is van mening dat de eenmaligheid van de doop in de notitie over doopgedachtenis niet voldoende benadrukt wordt, zodat het ritueel mogelijk tot misverstanden leidt en gaat lijken op doopvernieuwing of zelfs herdoop.
Ook legde ze de vinger bij het feit dat in de te bespreken notitie zaken die bij een vorige bespreking onder het kopje doopvernieuwing werden genoemd, nu onder het thema doopgedachtenis worden vermeld. „En dat terwijl deze synode nadrukkelijk heeft uitgesproken dat we geen doopvernieuwing willen, ook niet als dat nu ineens als doopgedachtenis wordt verkocht”, aldus Hiebsch.
Tijdens de sprekersronde bleken de meeste afgevaardigden kritisch over de notitie. Ze leken wel te voelen voor het tegenvoorstel van de commissie van rapport. Geen van de sprekers wilde ruimte in de Protestantse Kerk voor de mogelijkheid van een tweede doop.
Na een korte schorsing ontraadde het moderamen bij monde van synodescriba dr. A. J. Plaisier het tegenvoorstel van de commissie van rapport. Hij benadrukte dat het moderamen de notitie zal aanpassen in overeenstemming met dat wat tijdens de synodediscussie over de nota naar voren was gebracht. „De doop is eenmalig en de grote waarde van de doop staat voor ons op geen enkele manier ter discussie. Wij zijn niet uit op woordspelletjes en we verzekeren u dat die hier ook niet gespeeld worden. Met het toestaan van vormen van doopgedachtenis lopen we inderdaad een risico. Maar dat mogen we lopen omdat we mensen tegemoetkomen die naar zo’n gedachtenis verlangen”, aldus de scriba.
Volgens hem mag de doopgedachtenis geen feestje worden van de betrokkenen. „Het moet een deemoedig ritueel zijn in het midden van de gemeente. Daarbij zal de ambtsdrager geen handeling met water mogen verrichten om iedere verwijzing naar het opnieuw dopen te vermijden.”
Dr. Plaisier zegde ook toe in de commissie die een dialoog met de Pinkstergemeenten voert, het onderwerp overdoop aan de orde te stellen. „Ik beloof u dat ik dit pijnpunt niet uit de weg zal gaan en zal aandringen op respect voor onze traditie als het gaat om het voor ons zo belangrijke sacrament van de kinderdoop.”
Tijdens de stemming bleek dat dr. Plaisier veel aarzelingen en wantrouwen had weten weg te nemen. Het enigszins aangepaste besluitvoorstel van het moderamen werd met een grote meerderheid van stemmen aangenomen en het tegenvoorstel verworpen.
Klik hier voor een rechtstreekse uitzending van de synode.