„Effect armoede groter bij vrouw"
Nel de Boer, stafmedewerker Sociale Zekerheid & Onbetaalde Arbeid bij Arme Kant van Nederland/EVA, zocht samen met Hetty Doeze Jager naar de mens achter het begrip minima. Ze vroeg zich af: Wie zijn het? waarvan dromen ze?
Waarom komen alleen vrouwen in beeld? „Natuurlijk zijn er ook veel mannen die op bijstandsniveau leven. Qua armoedecijfers is er geen groot verschil tussen beide groepen. Maar vrouwen krijgen kinderen; in de praktijk hebben zij daar vaak de zorg voor. Vanwege die combinatie met zorg is het effect van armoede op vrouwen groter.”
Wat viel u op?
„Het is frappant hoe jonge vrouwen zich het emancipatiemodel van onze maatschappij hebben eigen gemaakt, hoe vanzelfsprekend ze het vinden om betaald werk te doen. Wat niet wil zeggen dat ze zorg voor de kinderen minder belangrijk vinden. Ook valt op hoeveel invloed ziekte op iemands arbeidzame leven kan hebben. En dat het aantal kostwinners in deze groep relatief groot is.”
Wat kan de politiek doen?
„Op dit moment is het overheidsbeleid gericht op een snelle uitstroom vanuit de bijstand: zo snel mogelijk naar een betaalde baan. Wij pleiten voor een beleid dat meer is gericht op de lange termijn. Mensen moeten de kans krijgen zich beter te kwalificeren. Er moet meer ruimte en geld komen voor scholing, en maak de limiet van 30 jaar –die nu geldt voor studiefinanciering– flexibeler. Als iemand aan de slag gaat, maar binnen een halfjaar weer in de bijstand zit omdat de baan niet bij haar past: dat schiet niet op.”
Wat kunnen kerken doen?
„In de directe uitvoering zie ik niet onmiddellijk een rol voor hen. Maar op indirect niveau spelen ze een belangrijke rol, ze hebben de taak op te komen voor armen in de samenleving. Ook voor politici van christelijke partijen ligt hier een verantwoordelijkheid.”
Het rapport bevat geen harde actiepunten. Mensen lezen het, en gaan weer verder met waar ze mee bezig waren…
„Dat hoop ik niet. Personen en instanties zouden erover moeten nadenken. Ik vind dat het verplichte lectuur zou moeten worden voor klantmanagers van Sociale Diensten en andere hulpverleners. Het zou mooi zijn als het ertoe leidt dat vrouwen elkaar meer opzoeken en solidair zijn. We verspreiden het boek onder andere via vakbonden, en het gaat naar Kamercommissies. Een van de dingen die ik erg hoop is dat dit boek bij vrouwen terechtkomt die zelf met deze situatie te maken hebben, dat het hen bemoedigt, dat ze merken: ik ben niet de enige – en samen staan we sterker.”
Reactie Staatssecretaris Klijnsma
In een reactie op het rapport ”Zij wil vooruit” noemt staatssecretaris Klijnsma (Sociale Zaken) het „vreselijk akelig en hartstikke vervelend” dat „zo veel gezonde vrouwen” langdurig van bijstand afhankelijk zijn. „Zo veel talent dat aan de kant zit. Echt zonde.” Klijnsma, zelf licht gehandicapt, „gunt” het deze vrouwen dat zij hun talenten ontplooien en een leuke baan vinden. „Uit eigen ervaring weet ik dat het belangrijk is om te werken. Het is zo goed voor je eigen waarde.”
Juist vrouwen moeten volgens de PvdA-bewindsvrouw geëquipeerd zijn om te kunnen werken. „Het levert hun, maar ook hun kinderen en de samenleving, zo veel voordeel op. „We kunnen het ons ook domweg niet permitteren dat deze vrouwen aan de kant staan. Dat is echt slecht voor iedereen.”