Binnenland

Happy end na strijd om zandput Maasbommel

Jaren achtereen was het een van haar belangrijkste strijdpunten: het door velen verfoeide plan voor zandwinning bij Maasbommel. Vorig jaar ging het van tafel, woensdag sloten de Gelderse Staten het boek definitief. Statenlid D. van Heck-Graven kan tevreden zijn. „Mijn partij heeft haar doel bereikt.”

21 February 2003 08:33Gewijzigd op 14 November 2020 00:09

Eén zetel heeft de Partij Nieuw Gelderland (PNG) in de Gelderse Staten. Gekregen in 1995, behouden in 1999. Mannen als Wien van den Brink, varkensboer in Putten, en Toon van Dijk, actievoerder in Wijchen, stonden aan de bakermat van de groepering. Die ontstond in 1994, aanvankelijk vooral om lokale politieke partijen te verenigen. „We wilden opkomen voor problemen die de gemeentegrenzen overstijgen. Plaatselijke politici zijn geneigd daar niet snel naar te kijken, maar soms moet het”, zegt Van Heck.

Een van de belangrijkste redenen om de krachten te bundelen was het voornemen van de provincie om een grote zandput te maken bij Maasbommel, een pittoresk dorpje op de grens van Gelderland en Noord-Brabant. Miljoenen kubieke meters beton- en metselzand moesten daar worden gewonnen ten behoeve van de woningbouw. Het dorp kwam in verzet en vond de Partij Nieuw Gelderland aan zijn zijde. In 1999 stemde maar liefst 37 procent van de dorpelingen op de partij.

De grootste angst van de bewoners was niet de aanwezigheid van industrie bij hun dorp. Het meest waren ze beducht voor het letterlijk wegzakken van Maasbommel in de immense zandput. Uit de lucht gegrepen? „Nee”, zegt Van Heck. „Het gebied is een polder met verschillende grondsoorten. We hebben laten onderzoeken welke gevolgen het heeft als je daar een kuil graaft met een omtrek van enkele kilometers. Wat bleek: bij hoogwater in de Maas kan dat heel verkeerd aflopen. De kans is groot dat de dijken in de zandput wegzakken. Aan wat er dan gebeurt, wil je liever niet denken.”

In haar verzet tegen de ontzanding stond de PNG meer aan het einde dan aan het begin van de acties. „We werden als vanzelf een katalysator voor verschillende actiegroepen.” Ooit begon het met een regelrechte protestpreek vanaf de kansel in de gereformeerde kerk van Maasbommel. Van Heck, lachend: „Niet zonder reden: de kerk had veel gronden in het gebied.”

Op dat moment, begin jaren ’80, waren volgens het statenlid nog maar weinig mensen overtuigd van de bedreiging die de zandput vormde. Ze denkt dat de PNG heeft bijgedragen aan de bewustwording daarover. „In het provinciehuis vonden we aanvankelijk geen gehoor. Sommige statenleden weigerden zelfs mij een hand te geven. Ze zagen de PNG als een actiegroep. We hebben ons enorm moeten bewijzen.”

Dat een meerderheid van de Staten het ontzandingsplan vorig jaar van tafel veegde, vormt voor Van Heck een bevestiging van het gelijk van haar partij. „Het omslagpunt lag bij het starten van de Nimby-procedure. Dat is een maatregel waarmee de provincie alle protest van gemeenten kan negeren. Na veel vijven en zessen vond een nipte meerderheid dat te ver gaan. Daarmee was de angel al uit de discussie over het wel of niet ontzanden.”

Voor Van Heck is het sluiten van het dossier zandwinning een opluchting. „We hebben gekregen wat we wilden, niet wat we verwachten.” Het is volgens haar echter niet de hoofdreden waarom de PNG na de verkiezingen uit de Staten verdwijnt. „Het blijkt ook ongelooflijk moeilijk om plaatselijke politieke partijen op één lijn te krijgen. De PNG gaat daarom de komende vier jaar een slapend leven leiden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer