Postmodern gereformeerd-zijn noodzakelijke weg
Dat postmodern gereformeerd-zijn mogelijk en noodzakelijk is, is voor Robert van Putten en Gert Weerheim geen vraag. Het gesprek moet verder gaan over hoe dat vorm kan krijgen.
In een eerdere bijdrage zijn Pieter Beunder en Willem Lock de discussie over postmodern gereformeerd-zijn gestart. Als vervolg op de andere bijdragen over dit onderwerp willen we nu een aantal lijnen trekken voor het vervolg van de bezinning.Op de vraag of postmodern gereformeerd mogelijk is, antwoordt dr. H. van den Belt bevestigend. Postmodern duidt dan op de westerse cultuur en gereformeerd staat voor ”Bijbels”. Het Evangelie is er immers voor elke cultuur. Voor dr. H. Paul is het ook helder: postmodern gereformeerd is een nieuwe contextualisatie van het gereformeerd-zijn. Dr. C. S. L. Janse en A. A. Gorter wijzen een postmodern gereformeerd christen-zijn geheel van de hand. Het zijn volgens hen tegengestelde grootheden.
Wij beamen met Janse en Gorter dat het postmodernisme pur sang ons geen heil te bieden heeft. Waarheidsrelativisme en doorgeslagen individualisme zijn geen fundamenten voor het christelijk geloof. Dit wil echter niet zeggen dat postmodern en gereformeerd niets met elkaar te maken hebben.
De vraag of postmodern gereformeerd nodig is, hebben wij niet expliciet gesteld. Voor ons als reformatorische jongeren is dit evident. Wij zijn even postmodern als ieder ander. Postmoderne mensen zijn gericht op beleving, zijn individualistisch en hebben een sterk authenticiteits- en ontplooiingsideaal. Dit levensgevoel komt in de hele maatschappij tot uitdrukking, ook in het onderwijs en het bedrijfsleven.
Kloof
In de kerk is dit levensgevoel echter not done. En hier openbaart zich een enorme kloof. Heeft het modern gecontextualiseerde gereformeerd-zijn nog wel een boodschap voor postmoderne mensen? Door postmodern gereformeerd alleen maar radicaal af te wijzen, blijft de kloof gehandhaafd en zal de vervreemding tussen het dagelijks leven en het gereformeerde geloof toenemen.
Als blijkt dat postmodern gereformeerd nodig en mogelijk is, dan komen we voor de vraag te staan hoe het gereformeerde geloof geactualiseerd en toegepast kan worden in een postmoderne cultuur. Het contextualisatiemodel van Paul laat zien dat gereformeerden hun geloof altijd vanuit de gegeven historische context gestalte hebben gegeven. Voor die opdracht staan we nu ook. Dat dit proces altijd gaande is, ervaren we als een geruststelling.
Het waarheidsrelativisme en het wegvallen van de grote verhalen biedt ook een lichtpuntje. Alomvattende denksystemen zijn door postmoderne filosofen onder stevige kritiek gesteld. Deze kritiek richt zich vooral op de autonome rationaliteit, de dominante plaats die de rede lange tijd in samenleving en wetenschap heeft ingenomen. Dit sluit aan bij het gereformeerde belijden, want ook de Bijbel geeft kritiek op de rationaliteit.
Voor Van den Belt betekent postmodern gereformeerd dat het gereformeerde geloof het individualisme en egocentrisme moet ontmaskeren. Het moet de huidige cultuur transformeren. Tegelijkertijd zijn er in de postmoderne cultuur nieuwe ingangen voor het gereformeerde geloof.
De punten van Paul en Van den Belt sluiten elkaar niet uit, maar kunnen elkaar juist versterken. De christelijke gemeenschap kan haar christen-zijn en gemeente-zijn actualiseren naar de manier van leven in deze tijd. Authenticiteit en individuele beleving mogen een plaats krijgen. De goede elementen van de individuele ontplooiing kunnen we als gaven inzetten voor de gemeente. Flexibiliteit in de gemeentestructuur kunnen we toelaten in een gedifferentieerde samenleving.
Toetssteen
Hoe kunnen we dit doen zonder te trappen in de valkuilen van de postmoderne cultuur? Door de waarde centraal te stellen kan steeds opnieuw een passende norm worden geformuleerd voor de transformatie van structuren, de overdracht van tradities tussen generaties en het missionaire gesprek. Een relationele benadering is hierbij een geschikt antwoord op rationalisme van de moderne cultuur enerzijds en het individualisme en relativisme van de postmoderne cultuur anderzijds.
Hiermee wordt niet de deur naar allerlei verkeerde ontwikkelingen opengezet, zoals Janse stelt. In tegenstelling tot de norm of de traditie enerzijds en de subjectieve beleving anderzijds zijn de Bijbelse waarden de toetssteen. Wanneer de wet van God in het hart geschreven staat –en dat kan alleen in een levende relatie met God– dan is dat de ultieme waarborg voor een waardegericht denken, afgestemd op de relatie met de naaste.
Dit alles is eigenlijk een christelijk antwoord op de postmoderne cultuur. Voor het denken in waarden en relaties ligt nog een pioniersweg open. Dat geldt ook voor de lijn van trouw die Paul schetst. Laten we het gesprek voortzetten over het hoe van postmodern gereformeerd.
De auteurs zijn lid van het CSFR-dispuut Ichthus te Rotterdam en redactielid van de bundel ”Postmodern gereformeerd”.