Ondernemen in China vergt geduld
De opkomst van China biedt volop kansen voor Nederland en het Nederlandse bedrijfsleven. Geduld is daarbij echter een schone zaak. Zo’n honderd topondernemers uit China bespraken deze week op een conferentie in het Kurhaus in Scheveningen de kansen voor buitenlandse investeringen met hun Nederlandse collega’s.
Nederland kan voor Chinese ondernemers de toegangspoort tot Europa zijn, stelde Lu Junqing, voorzitter van de Chinese werkgeversorganisatie die de bijeenkomst organiseerde. Dat vond ook staatssecretaris Heemskerk (Economische Zaken) die de groep ondernemers uit het Verre Oosten een avond eerder verwelkomde met een diner in de Ridderzaal in Den Haag.De bewindsman wil graag meer Chinese bedrijven binnenhalen en wijst daarbij niet alleen op de logistieke voordelen van de Rotterdamse haven en Schiphol, maar ook op het gunstige ondernemingsklimaat en de prettige leefomgeving. „Buitenlandse investeringen zorgen uiteindelijk voor binnenlandse banen”, benadrukte Heemskerk. Vorig jaar ontving Nederland 21 investeringen uit China, die in totaal goed waren voor 251 directe banen. Dit jaar verwacht zijn departement ongeveer evenveel investeringen.
Zakendoen in Europa is voor Chinese ondernemers echter niet eenvoudig, aldus Lu. „Het zijn veel landen, met allemaal verschillende regels en talen. Dat maakt het complexer dan bijvoorbeeld in de Verenigde Staten.”
Volgens Marc van der Chijs, als internetondernemer al jaren actief in China, maken veel Chinese ondernemers het zichzelf ook moeilijk door de culturele verschillen te onderschatten. „Het is nog een tamelijk geïsoleerd land. Ze verwachten dat in het buitenland op dezelfde manier zaken worden gedaan als in China. Maar ze gaan leren dat het hier anders gaat. Het duurt vijf tot tien jaar, maar dan kunnen ze heel succesvol worden.”
Dezelfde culturele verschillen zijn volgens Van der Chijs ook een probleem voor Nederlandse ondernemers in China. „Er zijn heel veel mogelijkheden, maar je moet de tijd nemen. Even snel winst halen is niet mogelijk; er moet eerst een paar jaar geld naartoe”, aldus de ondernemer die onder meer todou.com, een Chinese equivalent van YouTube, opzette. De opkomst van China wordt volgens hem in het Westen onderschat. „Mensen zouden schrikken als ze beseffen hoe hard de ontwikkelingen gaan. Tien jaar geleden was ik voor mijn gevoel de enige in Peking met een auto; nu sta je er alleen nog maar in de file.”
Juist in de problemen die de snelle ontwikkeling met zich meebrengt, liggen volgens Chinadeskundige Cees Baay kansen voor Nederlandse bedrijven. „China is meer bezig met duurzaamheid dan wij denken. Alle initiatieven op het gebied van kennis en duurzaamheid die in de toekomst iets kunnen opleveren, worden dan ook omarmd.”