Kerk & religie

Lees- en Luisterfestival mist reformatorische bezoeker

Het eerste Lees- en Luisterfestival dat zaterdag in de Reehorst in Ede werd gehouden, heeft bijna 1500 bezoekers getrokken. Grote afwezigen: de reformatorische uitgevers en het reformatorische publiek.

19 October 2009 09:46Gewijzigd op 14 November 2020 08:55
EDE – Het eerste Lees- en Luisterfestival dat zaterdag in de Reehorst in Ede werd gehouden, heeft bijna 1500 bezoekers getrokken.
EDE – Het eerste Lees- en Luisterfestival dat zaterdag in de Reehorst in Ede werd gehouden, heeft bijna 1500 bezoekers getrokken.

Het Lees- en Luisterfestival is de opvolger van de christelijke boeken- en muziekbeurs, die de laatste jaren in de IJsselhallen in Zwolle werd gehouden. De organisatie was in handen van de Brancheorganisatie voor het Christelijke Boeken- en Muziekvak (BCB).De opzet was nieuw: een bescheiden beursvloer met een beperkt aantal standhouders en een uitgebreid activiteitenprogramma in verschillende zalen, met lezingen, presentaties, workshops en concerten. Een festival in plaats van een boekenbeurs. „De consument van tegenwoordig houdt van beleving, wil geraakt worden”, gaf directeur Els de Jong-van Gurp van de BCB vooraf aan. „Hij wil bij het product, de auteur of artiest betrokken worden. Daarom zijn gezelligheid, ontmoeting, een dagje uit, ontspanning en ideeën opdoen belangrijke aspecten bij de nieuwe opzet.”

Aan deze vernieuwing hangt een prijskaartje: de bezoeker betaalt in de voorverkoop 7,50 euro entree. Aan de kassa kost het kaartje een euro extra. Dit heeft onvermijdelijk een dempend effect op de bezoekersaantallen. Trok de beurs in Zwolle zo’n 3.500 tot 4.000 boekenliefhebbers, in Ede blijft de teller steken op een kleine 1.500.

Toch is BCB-directeur De Jong niet ontevreden. „We hadden rekening gehouden met duizend bezoekers. Alles daarboven was meegenomen.” Vooraf verwachtte De Jong dat het festival „vanwege zijn brede programmering” minder aantrekkelijk zou worden voor reformatorische bezoekers. Een self fulfilling prophecy, zo blijkt. In navolging van de reformatorische uitgevers laat ook het reformatorische publiek het afweten.

Jammer, vindt De Jong. „Met deze formule bieden we de bezoekers juist meer diepgang. In de verschillende themazalen was volop gelegenheid om in te gaan op onderwerpen die met boeken of muziek te maken hadden. We hebben er bewust voor gekozen het accent te verschuiven van boeken kijken naar de inhoud. Dat zou het reformatorische publiek moeten aanspreken.”

Uit reformatorische hoek is alleen uitgeverij Mes uit Vierhouten present met kinderboeken. Eigenaar Sjac Mes toont zich aan het eind van de dag teleurgesteld. „Er was veel minder publiek dan in Zwolle, er zijn maar weinig reformatorische mensen geweest en ook beduidend minder kinderen. Ik denk dat ik nog geen 10 procent heb verkocht vergeleken met Zwolle. Ik had ook niet verwacht dat er zo weinig uitgevers zouden staan, nog geen vijftien. Bovendien mochten we alleen onze nieuwste uitgaven presenteren.”

Voor Mes is ook het tijdstip van de beurs ongelukkig gekozen. ”Ik moet nu alle schoolbestellingen opsturen. Tot vorig jaar konden leerkrachten hun bestellingen aan het begin van het schooljaar in september op de BCB-beurs afhalen. Bovendien is de Kinderboekenweek nu net afgelopen.” Mes pleit voor een boekenbeurs in september waaraan alle reformatorische uitgevers deelnemen. „Ik denk dat zoiets haalbaar moet zijn.”

Buurman Henk Vroon van christelijke boekhandel De Wegwijzer uit Amersfoort heeft evenmin goede zaken gedaan. Al meer dan dertig jaar is hij present op de BCB-beurs. Hij had graag met tweedehands boeken op het festival gestaan, maar dat is door een communicatiestoornis niet gelukt. Nu staat hij met alleen beeldjes van Sucsan Lordi uit de Willow-Tree-collectie op de beurs. De verkoop bleef echter ver achter bij de verwachting. „Met deze omzet haal ik de kosten er niet uit. Straks ga ik nog even bij de collega’s met tweedehands boeken informeren hoe het hun is vergaan. Als dat tegenvalt houd ik het voor gezien. Ik heb de indruk dat beurzen steeds meer opgeleukt moeten worden. De jaren in Barneveld waren toch de mooiste.”

In de Wintertuin staat A. Vreugdenhil uit Epe met een stand tweedehands boeken, samen met Goedhart uit Zwolle. „Het is wat minder druk dan in Zwolle, maar het is wel een geïnteresseerd publiek”, zegt Vreugdenhil. „De kosten van de stand haal ik er zeker wel uit, al is de omzet minder dan in voorgaande jaren. Ik mis de reformatorische mensen. Van het tafeltje met oudvaders heb ik helemaal niets verkocht. Maar dat was in Zwolle ook al wel een beetje zo. Ik verkoop de laatste jaren veel meer evangelische lectuur.” Er zouden veel meer stands met tweedehands boeken moeten zijn: 10 tot 15. Mensen willen graag neuzen.”

Han van Gouwen, manager bij Jongbloed en tevens penningmeester rvan de BCB, zegt dat de brancheorganisatie er veel energie in gestoken heeft om reformatorische uitgevers in het nieuwe concept mee te krijgen. „Dat zij het laten afweten is een gemiste kans. ’t Wordt niet goed duidelijk waar de bezwaren precies zitten.”

Van Gouwen noemt het festival „gezellig, gemoedelijk en toegankelijk. Het voordeel van deze opzet is dat er meer ruimte is om over het product te praten, in lezingen, presentaties en workshops. Natuurlijk werkt de toegangsprijs drempelverhogend, maar daar staat tegenover dat de bezoekers korting kregen op een aantal geselecteerde boeken. We denken er over om in de toekomst van het toegangskaartje een soort boekenbon te maken die op het festival kan worden besteed.”

Ook Arjen van Trigt van Boekencentrum is positief over het festival: „Leuk publiek, de beursvloer heeft een gezellige opzet. Maar er moet beslist meer publiek komen. Jammer dat de mensen uit reformatorische kring ontbreken. Daar moeten we zeker wat aan doen. Het gaat om een belangrijke doelgroep voor uitgevers. Maar dit is de eerste keer, het concept moet nog verder worden uitgebouwd.”

Van Trigt vermoedt dat de associatie met het jaarlijkse Letterfestival in Doorn negatief voor de reformatorische doelgroep heeft uitgewerkt. „Misschien is het verstandig in de toekomst een ander woord voor festival te kiezen.”

Els de Jong-van Gurp legt uit dat de term festival alleen maar betekent dat er een sterk accent ligt op de programma’s die in de verschillende zalen parallel aan elkaar lopen.”

Albert de Vos van Van Wijnen uit Franeker is eveneens tevreden over de nieuwe opzet. „Als uitgever wil je graag boeken promoten daar is hier alle ruimte voor. We hoeven ons niet druk te maken over de verkoop van boeken. Die loopt via de stand van boekhandel Riemer en Walinga.”

Ook voor het reformatorische publiek is deze beurs prima geschikt, denkt De Vos. „Praat de mensen er maar naar toe”, adviseert hij.

Margaretha Oostinga van uitgeverij Kok is erg te spreken over de programma’s in de verschillende zalen. „Schrijfster Gerry Velema en haar zoon Anne verzorgden bijvoorbeeld een optreden over hun boek ”Eerlijk gezegd”, dat op een Bijbelse manier het thema seksualiteit belicht. En Renée Vonk hield een culinaire workshop naar aanleiding van haar boek ”Lekker Bijbels”.

Oostinga vindt het prettig dat boekhandel Riemer en Walinga de verkoop doet. „Dat geeft ons de ruimte om de aandacht te richten op het boek en de auteurs. Het zou wel mooi zijn als er wat meer bezoekers kwamen, gezien de vele activiteiten die er zijn georganiseerd.”

Heerco Riemer van boekhandel Riemer en Walinga kijkt terug op een geslaagde dag. „We staan voor het eerst op zo’n beurs en doen de verkoop voor de deelnemende uitgevers. We moeten de balans nog opmaken, maar mijn indruk is dat we prima zaken hebben gedaan. ’t Gevoel is zeker goed. Het was aanpakken, maar daar houd ik wel van.”

Bea Buijs uit Bodegraven en Dineke Gerrits uit Den Haag evalueren rond de klok van half vier bij een bakje koffie de dag. Ze zijn niet eerder op een BCB-beurs geweest. Bea: „Ik had een poos geleden al in een tijdschrift over dit festival gelezen. Daar wil ik bij zijn, dacht ik toen. „Ik had heel hoge verwachtingen en dat is misschien niet goed geweest. Ik houd ervan om tussen heel veel boeken te neuzen, maar die mogelijkheid was hier beperkt.” Toch vindt ze de opzet van het festival leuk. „Het is hier gezellig.” De twee hebben een paar workshops bijgewoond. Dineke: „De workshop ”De Bijbel draait door” vond ik interessant. Ik had vooraf wel op internet naar het programma gekeken, maar er waren geen workshops die ik per se wilde zien. Ik dacht: ik zie wel wat er komt.”

P. Wijnhoven uit Dordrecht brengt met zijn vrouw de dag door in de Reehorst. „De laatste jaren in Zwolle werd het wat saai”, zegt hij. „Dit festival heeft wel iets. Ik had wel meer stands verwacht, bijvoorbeeld van ideële instellingen. Van mij had het iets grootster van opzet mogen zijn, nu zijn we redelijk snel uitgekeken bij de boekenstands. Wel jammer dat er zo weinig reformatorische mensen zijn. Die horen er gewoon bij.”


Bijbels en theologie: Van Tim Keller tot studiebijbel

Het Lees- en Luisterfestival heeft een onderdeel ”Bijbels en theologie”. Oud-journalist Aad Kamsteeg legt in een workshop over Tim Keller uit wat hem zo aanspreekt in deze predikant van de Redeemer Presbyterian Church in Manhattan. „Hij heeft een rationele uitstraling en kent tegelijk iets bevindelijks. Hij wil dat in de mens een verlangen ontstaat om op Christus te lijken. Hij raakt je hart en tegelijk je intelligentie. Hij preekt voor ongelovigen en gelovigen. Verder kent hij de mensen tot wie hij spreekt. Hij bekijkt de topfilms, leest de boeken in de toptien en gaat respectvol met ongelovigen om. Belangrijk is zijn onderscheid tussen religie, die ik-gericht is, en het Evangelie, dat God centraal stelt.”

Uitgeverij Van Wijnen brengt in het voorjaar van 2010 een Nederlandse vertaling van Kellers ”Counterfeit Gods. The Empty Promises of Money, Sex, and Power, and the Only Hope that Matters.”Het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG) viert de verschijning van het miljoenste exemplaar van de Nederlandse Bijbelvertaling (NBV), bijna vijf jaar geleden gepresenteerd in de Roterdamse Doelen. Doel van de NBV is een Bijbel waarin de oosterse cultuur herkenbaar moet zijn en tegelijkertijd de moderne lezer aanspreekt.

Speciale aandacht krijgt het project ”De Bijbel in gewone taal”, die in 2014 op de markt komt. Het betreft een nieuwe vertaling vanuit de grondtalen in een taal die voor iedereen begrijpelijk is, stelt vertaler Tineke Bol. Doelgroep zijn mensen met weinig leeservaring of die bijvoorbeeld Nederlands als tweede taal hebben.

NBG-voorzitter dr. G. H. van de Graaf legt desgevraagd uit dat 37 procent van de Nederlandse bevolking moeite heeft om een gewone bijbelvertaling te lezen. De Bijbel in gewone taal is aan vertaling met een beperkte woordenschat van tussen 2000 en 3000 woorden en met zinnen van maximaal twaalf woorden. Geen simplistisch werk met zogenaamde Jip en Janneke-taal, zo benadrukken NBG-medewerkers, maar wel een Bijbel die iedereen begrijpt. De eerste proeflezers zijn in ieder geval erg enthousiast.

Volgende vrijdag start de Bijbel10daagse in Maastricht. Een dubbeldekker met daarop de leus ”Verhalenkaravaan” trekt door het hele land om de Bijbel „open te krijgen”, vertelt Saskia de Jonge. Het publiek waarop men mikt, is breed: zij die de Bijbel als een geloofsboek zien of die cultureel geïnteresseerd zijn in de Bijbel. Zanger Rikkert Zuiderveld zingt een liedje over de overstelpende soorten van Bijbels. Dichter Peter van Dijk van De Vuurbaak verzucht: „De Bijbel zonder heibel, zal die ooit komen?”

Drs. Klaas van der Kamp presenteert de ”Studiebijbel in perspectief”. Deze uitgave bij Jongbloed, die eind november op de markt komt, is geselecteerd uit een tiental buitenlandse studiebijbels en bevat toelichtingen, die van oorspong uit Engelse en Franse studiebijbels komen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer