De kapel waarin de schilderingen werden ontdekt bevindt zich in de kruisvaarderscitadel Al-Marqab aan de Middellandse Zee, in de stad Tartous, een kleine 250 kilometer ten noordoosten van Damascus. Een Syrisch-Hongaars team van archeologen is al een jaar bezig de versterking uit te graven.Aan weerszijden van het altaar van de 12e-eeuwse kapel in het slot bleken zich onder een dikke laag vuil twee muurschilderingen te bevinden, waarvan de ene de hel voorstelt en de andere de hemel. De schilderingen zijn 2,5 bij 3,5 meter.

De afbeelding van de hel toont mensen die worden gefolterd op een wiel waaruit messen steken, terwijl anderen worden opgehangen of verbrand. De schildering van de hemel stelt heiligen voor, omgeven door lichte kleuren.

Volgens Marwan Hassan, hoofd van de oudheidkundige dienst in Tartous, gaat het om de eerste en oudste afbeeldingen van de hemel en de hel die ooit zijn gevonden in het Midden-Oosten. Bovendien zijn de afbeeldingen zeldzaam. Kruisvaarders bleven nooit lang op dezelfde plaats. Daarom lieten ze zelden schilderingen maken.

De archeologen hopen dat de afbeeldingen helderheid geven over de Syrische schilderkunst van die periode alsook over de opvattingen van de kruisvaarders over het hiernamaals.

De citadel Al-Marqab is in 1062 door Arabische moslims van zwart basalt gebouwd op een flank van een oude vulkaan. Hij heeft een muur van 5 meter dik en in zijn glorietijd telde hij veertien torens.

Het fort werd later overgenomen door de Hospitaalridders, die het verbouwden in Romaanse stijl. In 1285 werd het verwoest door de Mamlukken en hun aanvoerder, sultan Qalaoun.

De Mamlukken, een Turks slavenvolk, veroverden vanaf 1250 het gehele Midden-Oosten. Het kalifaat, het religieuze en politieke knooppunt in de islamitische wereld, werd verdeeld in een knooppunt van de soennieten in Bagdad en een van de sjiieten in Caïro. Bij de laatste groep behoorden de Mamlukken.

In 1517 werd het Mamlukse rijk ten val gebracht door de Ottomanen, eveneens een Turkse bevolkingsgroep.

Historici gaan ervan uit dat Al-Marqab de plaats is waar Richard Leeuwenhart, de koning van Engeland, aan land ging tijdens de Derde Kruistocht van 1189-1192. Paus Urbanus II gaf in 1095 opdracht tot de Eerste Kruistocht, die bedoeld was om westerse heerschappij te vestigen in het Heilige Land. De kruisvaarders wisten Jeruzalem al snel in te nemen, maar werden in 1187 verdreven door de legendarische veldheer en moslimleider Saladin.

In Syrië staan verschillende citadels van kruisvaarders. De bekendste is de Krak des Chevaliers bij de grens van Libanon aan de kust van de Middellandse Zee.