„Boomverzorging niet ongevaarlijk”
Het beroep van boomverzorger is niet zonder gevaar. Niet voor niets presenteerde de Vereniging van Hoveniers en Groenvoorzieners (VHG) woensdag op de Groenbeurs in Houten de richtlijn ”Veilig werken in de Boomverzorging”. Nico Snoek (34): „Ervaring en routine kunnen je snel te nonchalant maken.”
Enkele meters boven de grond is Snoek vanuit een hoogwerker in de weer, om laaghangende takken die het verkeer op de Garderensweg bij Speuld al te veel hinderen weg te halen. Het bladerdak, dat al herfstachtige kleuren aanneemt, beschermt de jonge boomverzorger van de firma Flier uit Harskamp tegen het felle zonlicht. Zijn kettingzaag vreet zich krachtig door het eikenhout.De combinatie van kettingzaag en het werken op hoogte maakt het beroep van boomverzorger niet ongevaarlijk, erkent Snoek. De Ermeloër, met een beroepservaring van dertien jaar, somt de aandachtspunten moeiteloos op. „Wie is de boomverzorger, wat is zijn opleiding, hoe groot is zijn ervaring? Is de boel goed afgezet en gemarkeerd? Zijn de machines, zoals de hoogwerker en de kettingzaag, veilig? Is bij de voorbereiding goed gekeken naar de tijd die nodig is om de klus te klaren, zodat de werkdruk een beetje normaal is? Belangrijke vragen die alles met de veiligheid te maken hebben.”
Klimmen
Deze ochtend staat Snoek in het bakje van een hoogwerker, maar regelmatig moet hij in bomen klimmen. „Dat klimwerk is een specialiteit waarvoor ik een speciale cursus heb gevolgd. Ervaring met klimmen moet je krijgen door het vaak te doen. Gemiddeld doe ik het enkele uren per dag.”
Bij een klimklus komt heel veel kijken. Een zogeheten grondman houdt vanaf beneden de veiligheid goed in de gaten. De boomverzorger moet zich, net als bergbeklimmers, steeds twee keer zekeren. Aan zijn klimgordel hangt de motorzaag. „Met de zekeringskabels kom je steeds iets hoger. De plek waar een stam zich opsplitst in twee gedeelten is ideaal om de haken te bevestigen.”
Als het ondanks alle veiligheidsmaatregelen toch nog mis gaat, moet de grondman eerste hulp bieden. Snoek en zijn collega’s volgen jaarlijks een cursus bedrijfshulpverlening en reddingsacties om in eventuele noodgevallen in actie te kunnen komen.
Dat het wel eens mis gaat, bleek vorige week nog. In Pijnacker verongelukte een hovenier bij het omzagen van een boom. „Het incident laat zien hoe gemakkelijk het gevaar kan toeslaan”, zegt Snoek. „Ervaring en routine kunnen je snel te nonchalant maken.”
Schade
De Ermeloër maakte zelf een paar keer een ongeval mee, waarbij niet meer dan materiële schade ontstond. „Met een collega haalde ik een boom bij een particulier weg. Na wat snoeiwerk bleef een stuk stam staan van zo’n 3 meter hoog. Bij het omzagen ervan lette ik niet goed op. Door een vreemde kromming in de stam viel hij een andere kant op dan ik vermoedde en vermorzelde een tuinmuurtje.”
Groter nog was de schade toen Snoek een hoge Italiaanse populier moest vellen. „We gebruikten een telescoopkraan om de stam, die we in één keer wilden omzagen, in bedwang te houden en voorzichtig weg te halen. De lus van de kabel van de telescoopkraan had ik echter te hoog aan de stam bevestigd. Bij het omzagen van de populier kwam het totale gewicht van de boom op de twee takken te staan waarop de lus rustte. De populier raakte los en viel op een rijtjeshuis.”
Met een zuur gezicht: „De schade was fiks.”
Snoek vindt de nieuwe veiligheidsrichtlijn die gisteren is gepresenteerd nuttig. „Hoveniers denken soms iets te gemakkelijk dat ze een boompje omzagen er wel even bij kunnen doen. Boomverzorging is echter een heel andere tak van sport dan het hovenieren. Sommige hoveniers zien geen gevaar en hebben vanwege de kosten geen zin om een speciale boomverzorger in te schakelen.”
Niet alleen sommige hoveniers zijn hardleers, waarschuwt Snoek. „Ook particulieren maken er een potje van. Ze zetten een ladder tegen de boom en beginnen vol goede moed in een dikke tak te zagen.
Ze zagen van bovenaf, dus de zware tak knikt, slaat naar beneden en vaagt de ladder weg. Ik weet van een chirurg in Het Gooi die ook zelf aan de slag ging. De man kan het niet meer navertellen.”
Zweten
Het risico van de boomverzorging stelt volgens Snoek strenge eisen aan de werknemer. „Hoogtevrees moet je niet hebben, roekeloos moet je evenmin zijn. En je lichamelijke conditie moet goed zijn. Een dagje klimwerk voel je ’s avonds echt nog wel.”
Wanneer was het bij Snoek peentjes zweten? „Toen ik voor het eerst een larix van 25 meter hoog in moest klimmen. De top snoeien en naar beneden halen. Als dat niet helemaal volgens het boekje gaat en het stuk hout onderaan tegen de stam slaat, dan zwieber je flink heen en weer. Dat is even slikken.”