Saban werd vorig jaar zomer wegens vrouwenhandel en het leiden van een criminele organisatie tot 7,5 jaar celstraf veroordeeld. De zaken waar het woensdag over ging, werden toen buiten beschouwing gelaten, omdat er nog getuigen moesten worden gehoord.Saban is voortvluchtig, sinds hij tijdens een verlof in september de benen nam. Omdat de dagvaarding was verzonden voordat hij vluchtte, kon de rechtszaak woensdag buiten zijn aanwezigheid toch doorgaan.

De steekpartij vond plaats op 11 mei 2006 in een internetcafé in de Jan Evertsenstraat in Amsterdam–West. Een bewakingscamera hweeft de gebeurtenis vastgelegd. Volgens officier van justitie Inge Schepers was Saban duidelijk herkenbaar als een van de vijf mannen die achter in de zaak twee andere mannen in elkaar sloegen en op hen instaken. Ook afgetapte telefoongesprekken zouden op Sabans betrokkenheid duiden. De slachtoffers kwamen er overigens af met verwondingen.

Volgens de officier ging het om een afrekening in het criminele circuit en was moord de opzet. Volgens Sabans advocaat Jan–Hein van Dijk was hooguit sprake van mishandeling. Hij zette grote vraagtekens bij de video en de getuigenverklaringen als bewijsmiddelen.

Ook tegen een handlanger van Saban B., Bekir I., werd woensdag zes jaar celstraf geëist wegens betrokkenheid bij de steekpartij en vrouwenhandel. I. was eveneens eerder veroordeeld voor vrouwenhandel. In februari van dit jaar had hij tweederde van zijn straf (drie jaar) erop zitten en kwam hij vrij.

De vlucht van Saban B. leidde tot grote beroering. Minister Hirsch Ballin zei in een debat in de Tweede Kamer over de kwestie dat het OM fouten heeft gemaakt en dat het gerechtshof in Arnhem te weinig oog heeft gehad voor B.’s vluchtgevaarlijkheid. Hirsch Ballin wil de wet wijzigen, waardoor in de toekomst gevangenisdirecteuren in plaats van rechters moeten beslissen over verloven op grond van persoonlijke omstandigheden. B. kreeg verlof om tijdelijk bij zijn baby te kunnen zijn.

De rechtbank doet uitspraak op 28 oktober.