De 57–jarige P. werd twee weken geleden aangehouden op de luchthaven van de Spaanse stad Valencia. Hij zou tussen 1976 en 1983 piloot zijn geweest tijdens vluchten waarbij tegenstanders van het Argentijnse regime werden gedrogeerd en boven de oceaan uit het vliegtuig gegooid.De actualiteitenrubriek Netwerk citeerde dinsdagavond uit getuigenverklaringen van drie collega’s van P, die zijn opgenomen in het onderzoeksdossier van het Openbaar Ministerie in Argentinië. Tijdens een etentje op het Indonesische eiland Bali zou de piloot hebben opgeschept over zijn rol bij de moord op de tegenstanders van het militaire regime in zijn vaderland. „Hij verdedigde het gegeven dat er mensen uit het vliegtuig gegooid werden”, aldus een Transavia–piloot. Er zou wijn zijn gedronken tijdens het etentje, maar volgens de getuigen had Julio P. niet meer dan twee à drie glazen gedronken toen hij begon te praten over zijn betrokkenheid bij de dodenvluchten.

Argentinië heeft een internationaal arrestatiebevel tegen P. uitgevaardigd en diende onlangs een formeel uitleveringsverzoek in bij Spanje. Het is nog onduidelijk wanneer de rechter uitspraak doet in de uitleveringsprocedure. De piloot moet het oordeel in een gevangeniscel afwachten.

De advocaat van P., Ignacio Pelaez Marques, stelt dat zijn cliënt niets te maken heeft met de dodenvluchten. De raadsman uitte verder zijn verontwaardiging over het feit dat het arrestatiebevel ook naar Nederland was uitgevaardigd, maar dat de piloot in Spanje is opgepakt: „Het lijkt erop dat Nederland de hete aardappel doorspeelde naar Spanje, omdat de vrouw van de kroonprins Argentijns is en haar vader voor de junta werkte”. De vader van prinses Màxima, Jorge Zorreguieta, was onderminister van Landbouw in het regime van generaal Jorge Videla.

Julio P. heeft een woning in Valencia. De politie verrichtte daar een huiszoeking op verzoek van de Argentijnse aanklagers. Daarbij zou een wapen zijn aangetroffen en documenten uit de periode 1968–1981, die als bewijs zouden kunnen dienen tegen de piloot.