De adviezen zijn praktisch uitvoerbaar, in tegenstelling tot de vagere instructies waar de geregeld uitgeroepen alarmfases mee gepaard gaan.

Zo wordt de burgers aangeraden een ’rampenvoorzieningskit’ samen te stellen. Dat is een noodvoorraad voor drie dagen met water (4 liter per persoon per dag), voedsel, een radio die op batterijen werkt, extra kleren, extra set autosleutels en contant geld. Voorts is het een goed idee plastic afdekmateriaal en een grote voorraad plakband in huis te hebben om kieren mee te dichten in geval van een biologische of chemische aanval.

De vijf met kleuren geïdentificeerde fasen bieden de burger weinig praktische informatie en gaan daarom aan de meeste Amerikanen voorbij. Vorige week nog werd de gele alarmfase oranje. Dat betekent onder meer dat de burger „de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen moet coördineren met federale en lokale overheden, de Nationale Garde en andere veiligheidstroepen”. Voorts moet de burger erover nadenken geplande bijeenkomsten op een andere plaats te houden dan voorzien of die helemaal afgelasten.

Begin vorige week, gedurende de gele fase, hoefden de burgers nog slechts „waakzamer te zijn ten aanzien van kritieke lokaties en indien geëigend, noodplannen te coördineren met jurisdicties in de omgeving.” De gevaarlijkste fase volgt op oranje en wordt rood genoemd. Dan moet onverwijld „personeel worden ingezet of vrijgemaakt om zich te wijden aan de noodtoestand”. Belangrijk daarbij is dat alle overheidsgebouwen worden gesloten en „transportsystemen worden waargenomen en/of van richting veranderd of mogelijk ingeperkt”.

Een woordvoerder van het nieuwe ministerie zei bij de presentatie van de praktische tips dat de dreiging van terreur in de afgelopen weken inderdaad is toegenomen, hetgeen de oranje fase rechtvaardigt. Er is echter geen verband met een directe dreiging en de aanbevolen voorzorgsmaatregelen.