Binnenland

Verzwijgen trekken dienstpistool mag

Opsporingsambtenaren mogen bij het opmaken van een proces-verbaal onbelangrijke feiten buiten beschouwing laten. Het dreigen met het dienstpistool bij een aanhouding is zo’n feit dat buiten het proces-verbaal mag worden gehouden.

Van een medewerker
7 February 2003 11:18Gewijzigd op 14 November 2020 00:07

Dit heeft de Hoge Raad uitgemaakt in de strafzaak tegen een 33-jarige politieman van het regiokorps Rotterdam/Rijnmond. De man had, uit angst voor een reprimande van zijn chef, verzwegen dat hij bij een aanhouding zijn pistool had getrokken. Door met het wapen te dreigen hield hij een agressieve man op afstand die tussenbeide wilde komen bij de aanhouding van zijn metgezel.

Eerder besliste het gerechtshof in Den Haag dat het trekken van het dienstpistool mag worden verzwegen omdat opsporingsambtenaren geen „specifieke rechtsplicht” hebben om zoiets in het proces-verbaal te melden. Een dergelijk incident is volgens het hof niet relevant want het heeft geen invloed op het eindonderzoek door de strafrechter. Het hof vond desondanks bewezen dat de politieman meineed had gepleegd omdat hij in zijn proces-verbaal wél had geschreven dat hij de agressieve man met zijn staaflantaarn had afgeweerd. Dat feit had hij evenmin in het proces-verbaal hoeven te vermelden. Nu hij echter het ene gewelddadige feit niet en het andere feit wel had opgeschreven, had de politiebeambte een vertekend beeld van de werkelijkheid gegeven en vond het hof het proces-verbaal niet meer integer. Het hof achtte meineed bewezen maar verklaarde de man niet strafbaar.

De Hoge Raad is het eens met het gerechtshof dat het trekken van het dienstwapen mocht worden verzwegen maar vernietigde desondanks de uitspraak. De Hoge Raad is het namelijk niet eens met wat het hof heeft gezegd over het gebruik van de staaflantaarn. Het gerechtshof in Amsterdam moet de zaak afhandelen.

Zowel de politieman als het openbaar ministerie in Den Haag vroeg om cassatie bij de Hoge Raad. Volgens de procureur-generaal bij het Haagse gerechtshof was het wel degelijk relevant het vuurwapenincident in het proces-verbaal te vermelden en moet ook de rechter het weten. Ook al was het dreigement met het pistool gericht tegen een ander dan de arrestant van de betrokken politieman.

De politieman verzweeg het trekken van zijn pistool ook intern. Hij had het moeten aangeven op het Meldingsformulier geweldsmisbruik. Hiervoor werd de man door de korpsleiding disciplinair gestraft.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer